In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
5.2
ATP, CP, fosfaataccu
Anaerobe en aerobe dissimilatie
Dissimilatie vetten en eiwitten
Glycogeen
Slide 1 - Tekstslide
Welke voedingsstof bevat naast C-, H-, en O- ook N-atomen?
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Vetten
D
Mineralen
Slide 2 - Quizvraag
Hoofdstuk 5
Voeding en energie 5.4 en 5.5
Slide 3 - Tekstslide
BINAS 90A
Of boek p. 153.
Slide 4 - Tekstslide
Een sprinter gebruikt op de 100 m als energiebron
A
Uitsluitend glycogeen en glucose
B
Uitsluitend de fosfaataccu
C
Vooral glucose
D
Zowel eiwitten, als vetten, als glycogeen
Slide 5 - Quizvraag
ATP
Slide 6 - Tekstslide
Creatinefosfaat (CP)
Slide 7 - Tekstslide
Anaerobe dissimilatie
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
5.4
Fotosynthese
Beperkende factoren
Slide 10 - Tekstslide
Welke reactie is assimilatie? 1) Ontstaan CO2 uit glucose. 2) Ontstaan eiwitten uit aminozuren. 3) Ontstaan glucose uit glycogeen. 4) Ontstaan ureum uit aminozuren.
A
Alleen 1 en 2
B
Alleen 2
C
Alleen 1, 2 en 3
D
1, 2, 3 en 4
Slide 11 - Quizvraag
Fotosynthese
Slide 12 - Tekstslide
Voortgezette assimilatie
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Beperkende factoren
Slide 15 - Tekstslide
Brutoproductie: hoeveelheid glucose die een plant maakt bij fotosynthese (BP)
Nettoproductie: hoeveelheid glucose die over is na dissimilatie (NP)
Compensatiepunt: fotosynthese en dissimilatie zijn even groot
Slide 16 - Tekstslide
Overdag: fotosynthese + dissimilatie
's Nachts: dissimilatie
Slide 17 - Tekstslide
Hoeveelheid reservevoedsel die een plant maakt is
A
brutoproductie min dissimilatie
B
brutoproductie min wat er voor de opbouw is gebruikt
C
brutoproductie min dissimilatie min wat er voor opbouw is gebruikt
D
brutoproductie
Slide 18 - Quizvraag
Huidmondje open
Huidmondje dicht
Meer water verdampt
Minder CO2 opname
Meer glucose aangemaakt
Slide 19 - Sleepvraag
5.5
Klassieke biotechnologie
Melkzuurbacteriën
Alcoholgisting
Slide 20 - Tekstslide
7. In de cellen van een bruine beuk vindt fotosynthese plaats. Ze gebruiken hierbij
A
bijna alle kleuren licht
B
vooral blauw en rood licht
C
vooral bruin licht
D
vooral geel licht
Slide 21 - Quizvraag
8. De hoeveelheid CO2 bij het compensatiepunt die een plant bij de dissimilatie vormt, is
A
groter dan hoeveel de plant gebruikt bij fotosynthese
B
gelijk aan hoeveel de plant gebruikt bij fotosynthese
C
kleiner dan hoeveel de plant gebruikt bij fotosynthese
D
geen van deze drie
Slide 22 - Quizvraag
Melkzuurbacteriën
Slide 23 - Tekstslide
Melkzuurgisting
Slide 24 - Tekstslide
Gisten (schimmels)
Slide 25 - Tekstslide
Alcoholgisting
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Welke van de onderstaande stoffen bevatten als gevolg van deze assimilatie stikstof?
A
Aminozuren
B
Cellulose
C
Glucose
D
Vetzuren
Slide 28 - Quizvraag
A
Geen van beide uitspraken
B
Alleen uitspraak 1
C
Alleen uitspraak 2
D
Beide uitspraken
Slide 29 - Quizvraag
Voor de komende formatieve toets over H5 a.s. dinsdag haal ik: