English Class Year 2 Plurals

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 2

Todays schedule 

- Plurals (meervouden) 

- Much/ many 

- Adverbs (bijwoorden)

6 regels voor de Plurals 

Plural/ Meervoud 

1. De meeste meervouden in het Engels eindigen op een -s

parent = parents 

star = stars 

friend = friends 

LET OP!

in het Engels krijgen meervouden NOOIT 's (apostrof -s) 

photo = photos 

Extra regels 

2. Woorden die eindigen op een -sis klank, krijgen -es in het meervoud:

watch = watches 

dish = dishes 

3. Woorden die eindigen op een medeklinker + -y krijgen -ies in het meervoud: 

lady = ladies 

story = stories 

4. Woorden die eindigen op een medeklinker + o krijgen vaak 

-oes in het meervoud:

potato = potatoes 

tornado = tornadoes 

5. Woorden die eindigen op een -f krijgen vaak -ves in het meervoud: 

life = lives 

leaf = leaves 

6. Er zijn ook onregelmatige meervouden:

child = children 

tooth = teeth 

Workbook

Unit 5 blz. 36 opdracht 1 A & B (Plurals)

Unit 5.2 blz. 15 opdracht 14, 15 en 16 (Present Perfect)

Nakijken 

(Workbook) blz. 17 opdracht 16 

Aan de slag / 5 minutes

(Workbook) Unit 5 blz. 36 opdracht 2 A & B & C 

(Handbook) Gebruik de theorie onder Unit 5.2 op blz. 104

Eerder klaar? = Door met opdracht 3 en 4 op blz. 37 

Plaats van het bijwoord

Een bijwoord (adverb) geeft aan hoe iets gebeurt (hoe snel, hoe vaak, hoe mooi, enzovoort)

Voorbeelden in het Engels zijn: never, always, ever, only, also, already

Deze bijwoorden komen meestal voor het hoofdwerkwoord:

She has never been here before.

Have you ever seen an elephant up a tree? 

I have only heard the song once. 

Workbook

Unit 5 blz. 37 opdracht 5 (Adverbs)