Veel Duitse vorsten hervormden de kerk in hun gebied. Zo ontstond in Duitsland een nieuwe protestantse kerk zonder zaken als het celibaat die niet op de bijbel waren gebaseerd.
Deze lutherse kerk had dominees (predikanten): leiders van een protestantse kerkdienst.
Calvijn is de belangrijkste hervormer na Luther:
de mens is zondig en slecht
God bepaalde welke mensen naar de hemel gingen
de overheid hoefde niet onvoorwaardelijk gehoorzaamd te worden, als de vorst ‘een valse godsdienst’ oplegde mocht het volk in opstand komen
de kerk werd kaal, zonder franje
in Frankrijk, Schotland en de Nederlanden kwam het calvinisme: protestantse leer van Calvijn