Leer alles over het persoonlijk voornaamwoord als lijdend of meewerkend voorwerp

Leer alles over het persoonlijk voornaamwoord als lijdend of meewerkend voorwerp
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leer alles over het persoonlijk voornaamwoord als lijdend of meewerkend voorwerp

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je het persoonlijk voornaamwoord als COD of COI toepassen in zinnen.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel aan het begin van de les.
Wat weet je al over het persoonlijk voornaamwoord als COD of COI?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?
Een persoonlijk voornaamwoord is een woord dat een persoon vervangt, zoals 'hij' of 'zij'.

Slide 4 - Tekstslide

Leg kort uit wat een persoonlijk voornaamwoord is.
Het persoonlijk voornaamwoord als COD
Als het persoonlijk voornaamwoord het lijdend voorwerp in een zin vervangt, wordt het als COD gebruikt.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit wat een lijdend voorwerp is en hoe je het persoonlijk voornaamwoord als COD gebruikt.
Voorbeeld
De zin 'Ik zie haar' wordt 'Ik zie haar' als het persoonlijk voornaamwoord het lijdend voorwerp vervangt.

Slide 6 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van het persoonlijk voornaamwoord als COD.
Het persoonlijk voornaamwoord als COI
Als het persoonlijk voornaamwoord het meewerkend voorwerp in een zin vervangt, wordt het als COI gebruikt.

Slide 7 - Tekstslide

Leg uit wat een meewerkend voorwerp is en hoe je het persoonlijk voornaamwoord als COI gebruikt.
Voorbeeld
De zin 'Ik geef hem een cadeau' wordt 'Ik geef hem een cadeau' als het persoonlijk voornaamwoord het meewerkend voorwerp vervangt.

Slide 8 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van het persoonlijk voornaamwoord als COI.
Oefening
Sleep het juiste persoonlijk voornaamwoord naar de zin: 'Ik zie ____' (haar/hem).

Slide 9 - Tekstslide

Voeg een interactief element toe aan de les in de vorm van een sleepvraag.
Regels
Er zijn regels voor de volgorde van het persoonlijk voornaamwoord als COI in een zin.

Slide 10 - Tekstslide

Leg de regels uit voor de volgorde van het persoonlijk voornaamwoord als COI in een zin.
Regel 1
Als het persoonlijk voornaamwoord verwijst naar een persoon, komt het vóór het werkwoord.

Slide 11 - Tekstslide

Leg de eerste regel uit.
Regel 2
Als het persoonlijk voornaamwoord verwijst naar een zaak, komt het na het werkwoord.

Slide 12 - Tekstslide

Leg de tweede regel uit.
Voorbeeld
De zin 'Ik geef hem het boek' wordt 'Ik geef het hem' als het persoonlijk voornaamwoord het meewerkend voorwerp vervangt.

Slide 13 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van de regels voor de volgorde van het persoonlijk voornaamwoord als COI in een zin.
Oefening
Sleep het juiste persoonlijk voornaamwoord naar de zin: 'Ik geef ____ het boek' (hem/het).

Slide 14 - Tekstslide

Voeg een interactief element toe aan de les in de vorm van een sleepvraag.
Samenvatting
Een persoonlijk voornaamwoord kan het lijdend of meewerkend voorwerp vervangen in een zin. Als het het lijdend voorwerp vervangt, wordt het als COD gebruikt. Als het het meewerkend voorwerp vervangt, wordt het als COI gebruikt. Er zijn regels voor de volgorde van het persoonlijk voornaamwoord als COI in een zin.

Slide 15 - Tekstslide

Vat de les samen op deze dia en herhaal het leerdoel.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 16 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 17 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 18 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.