Kleding

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Leesvaardigheid

Lesdoelen 

1. Aan het einde van de les hebben de leerlingen een eigen mening gevormd rondom kledingregels.    

2.Aan het einde van de les hebben de leerlingen een tekst gelezen over kleding en hierbij vragen beantwoord. 

Pak je chromebook

Ga naar lesson-up en log in.

Dilemma!
Bedenk 1 argument (reden) waarom je het hier mee eens bent of mee oneens.


Een voetbalshirt, van bijvoorbeeld Feyenoord, op school moet kunnen.

1. Eens
2. Oneens

00:49

Mening:

Heeft de school iets te zeggen over wat jij aan hebt op school?

02:00

Mening:

Croptops op school?

1. Ja
2. Nee

03:03

Stelling (eens of oneens):

De school moet geen regels geven op het gebied van kleding/ haardracht

04:11

Argument:
Nederland is een vrij land, dus mogen we ook zelf weten hoe we er uit willen zien.

Is dit een argument voor kledingvoorschriften of tegen kledingvoorschriften?

1. Voor
2. Tegen

05:09

Als jongeren later een baan krijgen zijn daar vast en zeker ook regels.

Ben je het eens met dit argument voor kledingvoorschriften?
Geef een korte uitleg waarom!

06:04

Voorspelling:

Wat denk jij wat de leraren hier zelf van vinden?

07:12

Er is geen verschil tussen jongens die een korte broek dragen en meisjes die een korte broek dragen

1. Eens
2. Oneens

08:01

Moet je als mannelijke docent meer nadenken over dit soort zaken dan als vrouwelijke docent?

09:44

Wat zou je kunnen doen als je het niet eens zou zijn met iets op school?

11:49

Wat is de hoofdgedachte van deze video?

aan de slag

We gaan samen een tekst lezen over kleding. 

In tweetallen: noteer de hoofdgedachte van deze tekst

Wat is de hoofdgedachte van deze tekst?

Aan de slag

Maak de opdrachten bij deze tekst zelfstandig