Les 6 H 8.3 Machten Theorie C

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom bij wiskunde!

Pak je schrift en pen

Vandaag

- Korte herhaling

- Huiswerk bespreken.

- 8.3 Machten  Theorie C  Het verschil tussen (-2)³ en -2³ 

- Aan de slag.

- D-toets 8.1 t/m 8.2

- Afsluiting.

Bereken

5​3​​

Bereken

4​3​​

Bereken

2​3​​⋅5=

1. 1000
2. 40
3. 400
4. 100

Negatief grondtal

Wat is               ?

(−3)​4​​

Video van Machten met een negatief grondtal

Negatief grondtal

Wat is               ?

(−3)​4​​

−3⋅−3⋅−3⋅−3=81

Negatief grondtal

Wat is               ?

(−3)​3​​

−3⋅−3⋅−3=−27

Negatief grondtal

De regel bij een negatief grondtal is:

• Bij een even exponent is de uitkomst positief.
• Bij een oneven exponent is de uitkomst negatief.

(−3)​4​​=

−3⋅−3⋅−3⋅−3=81

(−3)​3​​=

−3⋅−3⋅−3=−27

Let op:            is anders dan       . 

(−3)​4​​

−3​4​​

−3​4​​=−3⋅3⋅3⋅3=−81

Je moet eerst machtsverheffen dus

En dan vermenigvuldigen met -1 -> -81

3​4​​=81

(−3)​4​​=−3⋅−3⋅−3⋅−3=81

Bereken

−2​3​​

1. 8
2. -8

Bereken

(−2)​4​​

1. 16
2. -16

Bereken

4​2​​−1​3​​=

1. 16
2. 17
3. -16
4. 15

Bereken

15−(5−7)​3​​=

1. 15−(−2)​3​​=15−8=7
2. 15−(−2)​3​​=15+8=23

Welk cijfer zou je jezelf geven voor jouw aandacht tijdens deze les, ook tijdens het filmpje?

010

Aan de slag!

huiswerk 8.3 som 39,40,41,42,L6