Startles Office Management

Post verwerken
Office Management 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
DirectiesecretaresseMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Post verwerken
Office Management 

Slide 1 - Tekstslide

Waar hebben we het vorig jaar bij secratarieel over gehad?

Slide 2 - Tekstslide

Soorten post ("...alles wat door iemand wordt verstuurd en ontvangen") 
Brieven, drukwerk, pakketten, faxberichten, e-mail (digitale brievenbus!), opgenomen telefoongesprekken, telefoonberichten (sms, WhatsApp, tweets), andere digitale informatiemiddelen zoals scan, usb-stick, cd-rom, WeTransfer, Social media, Dropbox, iCloud, externe harde schijf, SharePoint, 

Slide 3 - Tekstslide

Ontvangen van post
  • Via de brievenbus, een postbus, bezorgservice/ koeriersdienst, persoonlijke bezorging, computer of fax, telefonisch bericht
  • Openen - Niet openen. Denk aan vertrouwelijk/ persoonlijk en de verschillende manieren van adresseren. 

Slide 4 - Tekstslide

Binnengekomen post ga je vervolgens....
  • Controleren
  • Sorteren (op prioriteit of handeling)
  • Registreren - Wat wel, wat niet en hoe (verschillende manieren) en wat leg je precies vast?
  • Distribueren..... 

Slide 5 - Tekstslide

Interne post distribueren
  • Zorgen dat het bij de juiste persoon/afdeling terecht komt.
  • Kan op verschillende manieren: medewerkers halen zelf de post op (sorteerkast of postvakjes), management assistant verspreidt de post (postbakjes inkomende en uitgaande post op bureau's), er is een postkamer (dan ook vaak interne postenveloppen), of bij verschillende locaties rijdt er een busje.

Slide 6 - Tekstslide

Daarnaast nog....
  • Circulatielijst (bijv. bij vakliteratuur of brochures). Voorbeeld in 24boost
  • Digitale distributie (scannen van post en verspreiding via e-mail)
  • Rappellijst (voor de voortgangsbewaking)
  • Buispost (in een ziekenhuis)

Slide 7 - Tekstslide

Prioriteiten stellen
  • Timemanagement: efficiënt je tijd/dag indelen en meer bereiken, productiever zijn.
  • Doelen stellen, delegeren, prioriteiten stellen en plannen (Gebruik van Outlook!)
  • Prioriteitenmatrix: urgent - niet urgent, belangrijk - niet belangrijk
  • Plannen! Gebruik je agenda!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Organisatiestructuren
  • Verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden tussen personen en afdelingen.
  • Helpt je begrijpen hoe de organisatie in elkaar steekt.
  • Organigram of organogram is het 'plaatje' van de organisatie.
  • Lijnorganisatie, lijn-staforganisatie, matrixorganisatie
  • Organigram maken in Word

Slide 13 - Tekstslide

Lijnorganisatie

Dit is een organisatiestructuur waarbij:

  • één persoon eindverantwoordelijk is
  • de communicatie via de lijn (dus verticaal) verloopt
  • iedereen één leidinggevende heeft
  • de taken verdeeld zijn
  • de taken bovendien allemaal hiërarchisch (dus in de lijn) zijn ondergebracht.

Slide 14 - Tekstslide

Lijn-staforganisatie

Als de lijnorganisatie wordt uitgebreid met stafdiensten, spreken we van een lijn-staforganisatie.

Stafdiensten hebben geen lijnbevoegdheid, kunnen geen werk delegeren aan lijnfunctionarissen of beslissingen nemen over lijnfunctionarissen. Het zijn ‘ondersteuners’ binnen de organisatie. Voorbeelden van stafdiensten zijn: secretariaat, receptie, personeelszaken (P&O), marketing en financiën, ICT

Slide 15 - Tekstslide

Matrixorganisatie
  • Plattere organisatie
  • Verantwoording verschuldigd aan meerdere mensen
  • Medewerkers zijn breder inzetbaar
  • Organisatie is flexibeler
  • Werken veel in projecten

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide