Week 7: project
1 / 15
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Ik heb het huiswerk ...
Helemaal af
niet af
Af, maar ik heb nog vragen
Slide 4 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Welke gegevens noteer je bij een klacht?
Slide 5 - Woordweb
Naam medewerker die klacht aanneemt
Datum
NAW klager
omscrhijving klacht
oorzaak klacht
afhandeling klacht
Formeel of informeel: Hi gozer!
A
formeel
B
informeel
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In een e-mail gebruik je formeel taalgebruik. Wat betekent formeel?
A
Aardig
B
Zakelijk/beleefd
C
Prettig/vriendelijk
D
Normaal
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Is dit formeel of informeel?
Met mij is alles prima!
Met mij is alles prima!
A
Formeel
B
Informeel
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Formeel of informeel?
Met vriendelijke groet,
Met vriendelijke groet,
A
Formeel
B
Informeel
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Interne communicatie
Externe communicatie
Je krijgt via de telefoon een bestelling van een bedrijf die spullen bij je koopt.
De mannager stuurt je een bericht dat je de lampen moet uitzetten.
De belastingdienst belt het bedrijf dat de de winstbelasting nog overgemaakt moet worden.
Slide 10 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekent discreet?
Slide 11 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Nauwkeurig
Slide 13 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
