In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
H19 Energie en industrie
formatieve test van H15 en H18
Slide 1 - Tekstslide
Welke bewering is juist over rendement...
A
kan > 100 % zijn
B
heeft een waarde van 0-100 %
C
Kan negatief zijn
Slide 2 - Quizvraag
Iemand vertelt je dat de E-factor van een bepaald productieproces 0,5 is. Wat betekent dit?
A
per 0,5 kg product ontstaat 1 kg afval
B
per 0,5 kg product ontstaat 0,5 kg afval
C
per kg product
ontstaat 0,5 kg afval
D
per kg product
ontstaat 1 kg afval
Slide 3 - Quizvraag
De atoomeconomie van alcohol in de volgende reactie is....
C6H12O6→2C2H6O+2CO2
C2H6O
Alcohol =
A
groter dan 100%
B
gelijk aan 100%
C
kleiner dan 100%
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de atoomeconomie van:
N2+3H2→2NH3
A
50%
B
75%
C
100%
D
Geen idee
Slide 5 - Quizvraag
1) Waarvoor dient de zoutbrug? 2 antwoorden
A
Om elektronen door te laten stromen
B
Om een gesloten stroomkring te krijgen
C
Aanvoer van reagerende stoffen
D
Om ionen door te laten stromen
Slide 6 - Quizvraag
Teken de opstelling in je schrift
Noteer in deze opstelling de volgende nummers op de juiste plek. Voeg een foto toe op de volgende slide.
plus-pool
min-pool
zoutbrug
voltmeter
invoer waterstofsulfidegas
6. koolstofelektrode (2x)
7. ijzer(III)chloride-oplossing
8. gedestilleerd water
Slide 7 - Tekstslide
4) Upload een foto van je getekende opstelling met de cijfers 1 tm 8 erin.
Slide 8 - Open vraag
Direct-EthanolBrandstofcel (DEFC)
De direct-ethanolbrandstofcel (DEFC) maakt gebruik van ethanol in de brandstofcel in plaats van de meer giftige methanol.
De volgende vragen (5 tm 7) gaan over deze elektrochemische (brandstof)cel...
Slide 9 - Tekstslide
5) Geef de vergelijking van de halfreactie voor de omzetting van ethanol tot koolstofdioxide. Behalve de formules voor genoemde stoffen komen in de vergelijking nog e-, H+ en H2O voor.
Slide 10 - Open vraag
6) Leid in je schrift met behulp van vraag 5) en halfreactie van zuurstof in zuur milieu de totaalvergelijking af. Upload je antwoord.
Slide 11 - Open vraag
7) De DEFC levert 100 uur een stroom van 2,5.10^-4 A. Van de omgezette ethanol wordt 80% gebruikt voor de stroomlevering. Bereken hoeveel gram ethanol wordt omgezet. Maak bij je berekening gebruik van de constante van Faraday (BinasTabel 7A). 1 A = 1 C/s.
Slide 12 - Open vraag
hernieuwbaar =
onuitputtelijk, weer opnieuw te maken, gemaakt uit biomassa
recyclebaar =
herbruikbaar, geen afval maar grondstof, terugvoeren naar begin van productieproces
Slide 13 - Tekstslide
Zie de afbeelding links.
In warmtewisselaar WW1 wordt de hulpstroom water omgezet in stoom. De reactie die plaatsvindt in reactor R1 is ...
A
endotherm
B
exotherm
Slide 14 - Quizvraag
Mbv gegevens over een proces mogelijke gevolgen voor mens en milieu kunnen aangeven.
warmte/krachtkoppeling (WKK) warmte/energie die vrijkomt bij een proces elders nuttig gebruiken. (vb stadsverwarming)
transport van grondstoffen, producten & afval
uitstoot/emissies vergelijken met grenswaarden (T97A)
gebruik van (koel-)water
risico bij calamiteiten (opg 11)
Aantekening
Slide 15 - Tekstslide
In een fabriek van 500 m³ is 15,0 L ammoniak aanwezig. Laat met een berekening zien of de grenswaarde is overschreden. Maak gebruik van T97 en ga uit van T=298K, P=Po
Slide 16 - Open vraag
NOx
CO2
Fijnstof (vliegas)
SO2
kijk eens in Binastabel 64B
Slide 17 - Tekstslide
Draagt bij aan het versterkt broeikaseffect
A
CO2
B
SO2
C
NOx
D
vliegas
Slide 18 - Quizvraag
Veroorzaakt zure regen.
A
CO2
B
SO2
C
NOx
D
vliegas
Slide 19 - Quizvraag
Veroorzaakt smog (en dus longwegproblemen).
A
CO2
B
SO2
C
NOx
D
vliegas
Slide 20 - Quizvraag
emissie
CO2
SO2
NOx
vliegas
gevolg
draagt bij aan het versterkt broeikas-effect
zure regen & smog
..+H2O→H2SO4
zure regen & smog
..+H2O→HNO3
smog
remedie
-
door kalkwater leiden → gips*
in de deNOx laten reageren tot N2 en water
afvangen en verwerken in beton en cement*
* bouwmateriaal
Aantekening
Slide 21 - Tekstslide
Fossiele brandstof:
uit resten van planen en dieren van miljoenen jaren geleden.
aardgas
aardolie
steenkool
raken op lange C-cyclus
CO2-uitstoot van de verbranding draagt bij aan het versterkt broeikaseffect
Biobrandstof
gemaakt uit biomassa uit onze generatie
biogas vergisten slib
bioethanol vergisten suiker
biodiesel omesteren olie
hernieuwbaar (duurzaam!)
korte C-cyclus: CO2-neutraal
De CO2 die vrijkomt bij de verbranding is kort geleden door een plant opgenomen tijdens fotosynthese.