Comment est-ce que je dois connaître la grammaire?
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Répétition Grammaire U1
Comment est-ce que je dois connaître la grammaire?
Slide 1 - Tekstslide
Unité 1
Grammaire I: Het bijvoeglijk naamwoord
Grammaire II: Regelmatige werkwoorden op -er, aller, avoir, être en faire
Grammaire III: Telwoorden, kloktijden en data
Slide 2 - Tekstslide
Hoe vertaal je 'moeilijke talen'
A
difficiles langues
B
langues difficiles
C
difficils langues
D
langues difficils
Slide 3 - Quizvraag
Hoe vertaal je 'een dikke meneer'
A
un grand monsieur
B
un monsieur grand
C
un gros monsieur
D
un monsieur gros
Slide 4 - Quizvraag
Hoe vertaal je 'een mooi appartement'?
Slide 5 - Open vraag
Hoe vertaal je 'Franse boeken'
Slide 6 - Open vraag
Qu'est-ce que tu ... demain soir?
A
as fait
B
faisait
C
fais
D
feras
Slide 7 - Quizvraag
L'année dernière, j'/je ... une fille suisse en Italie
A
ai rencontré
B
rencontrais
C
rencontre
D
rencontrerai
Slide 8 - Quizvraag
Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. Gebruik de présent, passé composé, imparfait of futur. Beaucoup de jeunes ... (aller) dans un pays étranger pour y apprendre la langue.
Slide 9 - Open vraag
Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. Gebruik de présent, passé composé, imparfait of futur. Quand j'avais 10 ans, je ... (jouer) au foot.
Slide 10 - Open vraag
Quelle heure est-il? 10:45
A
Il est dix heures moins le quart
B
Il est dix heures et quart
C
Il est onze heures moins le quart
D
Il est onze heures et quart
Slide 11 - Quizvraag
Vertaal naar het Frans: Mon anniversaire est ... ( op 1 november).
A
le premier novembre
B
au premier novembre
Slide 12 - Quizvraag
Vertaal naar het Frans: On part en vacances ... (van vierentwintig december tot drie januari)
Slide 13 - Open vraag
Schrijf voluit in het Frans: Je suis née en ... (1978)