Lachgas

• Burgerschap
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

VERSLAVINGEN 

doel:

ik kan de invloed van drie verslavingen benoemen 

DEZE LES: LACHGAS 

wat weet jij van LACHGAS?
(wat is lachgas?)

Heb je wel eens lachgas gebruikt?
Zo ja hoe vaak?

1. Ja, 1 keer om te proberen.
2. Nope, echt niet!
3. Ja, (bijna)elk weekend of (bijna) elk feestje!
4. Nee maar ik zou het wel eens willen proberen.

WAT IS LACHGAS?

• N2O, distikstofmonoxyde.
  
• Gas (ruikt beetje zoet).
• Narcose middel.
• Slagroom te maken.
• 'ballonnetje' 

WAT DOET LACHGAS MET JE?

• Inhaleren via ballon.
• Korte roes (1 - 5 min).
• Lijkt op dronken zijn. 
• Licht in het hoofd, minder pijn, spieren ontspannen.
• Hallucinaties. 

RISICO'S LACHGAS 

KORTE TERMIJN

• Bevriezen van longen.
• Zuurstoftekort hersenen (concentratiestoornis, hoofdpijn, duizelig, flauwvallen, misselijk, verward)
• Gevaarlijke verkeerssituaties (verward voor lange tijd)
• Blijvende gehoorschade (bij gebruik tijdens verkoudheid)

RISICO'S LACHGAS 

LANGE TERMIJN

• Neurologische stoornissen (bv. in spieren, tinteling in tenen en vingers).
• Hersenschade.
• Onvruchtbaarheid (mannen en vrouwen).
• Impotentie.

Zou je nog lachgas willen proberen na deze les?

1. Ja
2. Nee
3. Misschien