6.6 Populaties

BASISSTOF 3
SAMENLEVEN: 
Het biologisch evenwicht
Op welke wijze zijn organismen afhankelijk van elkaar
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 59 min

Onderdelen in deze les

BASISSTOF 3
SAMENLEVEN: 
Het biologisch evenwicht
Op welke wijze zijn organismen afhankelijk van elkaar

Slide 1 - Tekstslide


Wat gebeurt er met de biomassa in de opeenvolgende schakels van een voedselketen?
A
In iedere schakel neemt de biomassa toe
B
Niks, de biomassa blijft gelijk
C
In iedere schakel neemt de biomassa af
D
Na 1 schakel is de biomassa verdwenen

Slide 2 - Quizvraag

Piramide van biomassa !

Slide 3 - Tekstslide


Reducenten maken energie vrij door de afbraak van energierijke stoffen in dode resten van producenten en consumenten. Welke energierijke stoffen worden in ieder geval door reducenten afgebroken?

A
Eiwitten, koolhydraten en zouten
B
Koolhydraten, eiwitten, vetten en mineralen
C
Vetten, DNA, eiwitten en zouten
D
DNA, eiwitten , koolhydraten en vetten

Slide 4 - Quizvraag

Piramide van aantallen !

Slide 5 - Tekstslide

Populatie evenwicht

Slide 6 - Tekstslide

Biologisch evenwicht tussen konijnen en vossen

Slide 7 - Tekstslide

BIOTISCHE FACTOREN: invloeden uit de levende natuur, zoals het aanbod van voedsel
ABIOTISCHE FACTOREN: invloeden uit de levenloze natuur, zoals de temperatuur, wind, regen

Slide 8 - Tekstslide

Populatiegrootte hangt af van de biotische en abiotische factoren. Een optimumkromme laat zien wanneer de overlevingskansen het grootste zijn

Slide 9 - Tekstslide

Welke soort overleeft
het beste
schommelingen in
de temperatuur?
A
soort a
B
soort b
C
soort c
D
soort d

Slide 10 - Quizvraag

Welke factor is abiotisch?
A
Bodemgesteldheid
B
Ziekteverwekkers
C
Parasieten
D
Planten

Slide 11 - Quizvraag

Welke kenmerken horen bij landplanten die in
een droog milieu leven?
A
Grote, platte bladeren
B
Hoge tolerantie voor luchtvochtigheid
C
Sterk ontwikkeld wortelstelsel
D
Zwak ontwikkeld wortelstelsel

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Welk organisme hoort
in laag X van de
voedselpiramide?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 14 - Quizvraag

Niche
Niche: De rol die een bepaalde populatie inneemt in het geheel van relaties in een ecosysteem.

Overlapt de niche dan is sprake van concurrentie.

Concurrentie: strijd tussen organismen om de beschikbare bronnen



Slide 15 - Tekstslide

Symbiose = samenleven van verschillende soorten
Er zijn 3 vormen van symbiose:
  • Mutualisme
  • Commensalisme 
  • Parasitisme

  • geen voordeel is
    geen symbiose

Slide 16 - Tekstslide

Symbiose

Slide 17 - Tekstslide

Mutualisme
Beide voordeel

Slide 18 - Tekstslide

COMMENSALISME

Slide 19 - Tekstslide

Parasitisme
Parasitisme: symbiose waarbij een individu een voordeel heeft en het ander individu een nadeel heeft.

Parasiet: individu dat een voordeel heeft bij parasitisme. 

Gastheer: individu dat een nadeel heeft bij parasitisme

Slide 20 - Tekstslide

Bij commensalisme hebben beide soorten voordeel van de symbiose.
A
Goed
B
Fout

Slide 21 - Quizvraag

Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme

Slide 22 - Quizvraag

Wat is de definitie van symbiose?
A
Een relatie tussen een plant en een dier
B
Een duurzame relatie tussen twee verschillende soorten

Slide 23 - Quizvraag

Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme

Slide 24 - Quizvraag

Huiswerk
Opdracht 1,2,3,4,6 en 7

Slide 25 - Tekstslide