W5 L1: Plichtethiek I

"'Handel zo dat je zou kunnen willen dat het maxime van je wil altijd tegelijk als principe van algemene wetgeving geldt."

Immanuel Kant
Welkom
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

"'Handel zo dat je zou kunnen willen dat het maxime van je wil altijd tegelijk als principe van algemene wetgeving geldt."

Immanuel Kant
Welkom

Slide 1 - Tekstslide

  1. Herhaling utilisme
  2. Uitleg: plichtethiek
  3. Aan de slag
  4. Uitleg: Goede wil en verstand
  5. Aan de slag (?) 
Programma

Slide 2 - Tekstslide

Een groep terroristen heeft een bom geplaatst in een gebouw in de stad. De bom gaat over drie uur ontploffen. De politie heeft de leider van de terroristen gevangen maar de terrorist wil niet zeggen waar de bom is. De politie kan de terrorist martelen om de locatie van de bom te vinden.
Leg uit wat de politie volgens een utilist zou moeten doen.
Gebruik vervolgens dit antwoord om kritiek te geven op het utilisme.
Herhaling: utilisme
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

  1. Leg uit wat we volgens het effectief altruïsme moeten doen.
  2. Leg uit waarom het effectief altruïsme een vorm van utilisme is.
  3. Geef een eigen kritiek op het effectief altruïsme.
Herhaling: effectief altruïsme
timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

6. Ik kan plichtethische ethiek uitleggen, toepassen en beoordelen.
Dat betekent:
• Ik kan uitleggen wat plichtethiek is
• Ik kan een plichtethisch argument herkennen in een voorbeeld
• Ik kan uitleggen dat een handeling volgens Kant alleen goed is als die voortkomt uit de rede (en niet uit neigingen of gevoelens)
• Ik kan de twee formuleringen van het categorisch imperatief uitleggen en toepassen op een voorbeeld

Leerdoelen

Slide 5 - Tekstslide

Stroming:
Utilisme
Plichtethiek
Deugdethiek
Wat is belangrijk?
Geluk
Wat moet je wel doen?
Meer geluk voor meer mensen
Wat moet je niet doen?
Geluk verkleinen in de wereld
Wat gebruik je om er achter te komen wat je moet doen?
De hedonistische calculus
Overzicht periode

Slide 6 - Tekstslide

Emmanuel Kant:
  • Duits filosoof 1724-1804
  • Grondlegger van de plichtethiek (en belangrijk in de filosofie voor meer redenen)
  • Nog steeds veel invloed op o.a. mensenrechten
  • Ging elke dag om precies dezelfde tijd wandelen
Ik kan uitleggen wat plichtethiek is

Slide 7 - Tekstslide

Een goede vriendin van je komt naar je toe en vraagt of je haar heel hard wilt trappen. Als je vraagt waarom zegt ze dat ze een rare aandoening heeft waardoor ze heel veel plezier krijgt als ze geschopt wordt.

Wat moet je doen volgens de utilisten?
Wat moet je doen volgens waarden?
Ik kan uitleggen wat plichtethiek is

Slide 8 - Tekstslide

Een goede vriendin van je komt naar je toe en vraagt of je haar heel hard wilt trappen. Als je vraagt waarom zegt ze dat ze een rare aandoening heeft waardoor ze heel veel plezier krijgt als ze geschopt wordt.

Wat moet je doen volgens de utilisten?
Wat moet je doen volgens waarden?
Ik kan uitleggen wat plichtethiek is
"Ik vind het vervelend dat het antwoord altijd anders is."

Slide 9 - Tekstslide

Lees paragraaf 2.2 en 2.2.1.

  1. Wat vindt Kant belangrijk wanneer we kijken naar wat moreel toelaatbaar is?
  2. Wat bedoelt Kant met 'de goede wil'?
  3. Volgens Kant kan moed, intelligentie en medeleven ook voor slechte dingen worden gebruikt. Geef van twee van deze dingen een eigen voorbeeld voor hoe het slecht gebruikt kan worden.
Aan de slag

Slide 10 - Tekstslide

  1. Wat moreel toelaatbaar is moet niet afhangen van wie je bent of hoe je je voelt.
  2. Dus het moet afhangen van de goede wil, ons vermogen om wetten te kunnen volgen.
  3. We moeten op zoek naar de morele wet, de wet die ons vertelt wat we moeten doen.
  4. De morele wet moet moet universeel zijn, voor iedereen altijd en overal hetzelfde.
• Ik kan uitleggen dat een handeling volgens Kant alleen goed is als die voortkomt uit de rede (en niet uit neigingen of gevoelens)

Slide 11 - Tekstslide

We zoeken iets dat universeel is voor mensen. Iedereen heeft het.
• Ik kan uitleggen dat een handeling volgens Kant alleen goed is als die voortkomt uit de rede (en niet uit neigingen of gevoelens)

Slide 12 - Tekstslide

We zoeken iets dat universeel is voor mensen. Iedereen heeft het.

Verstand:

Autonomie:
• Ik kan uitleggen dat een handeling volgens Kant alleen goed is als die voortkomt uit de rede (en niet uit neigingen of gevoelens)

Slide 13 - Tekstslide

We zoeken iets dat universeel is voor mensen. Iedereen heeft het.

Verstand: Mensen kunnen abstract nadenken en logische redeneren.
Autonomie: Mensen kunnen zelf beslissingen maken.
• Ik kan uitleggen dat een handeling volgens Kant alleen goed is als die voortkomt uit de rede (en niet uit neigingen of gevoelens)

Slide 14 - Tekstslide

Lees paragraaf 2.2.2.

  1. Wat zijn de twee formuleringen van het categorisch imperatief?
  2. Leg uit waarom je van Kant niet mag liegen.
  3. Probeer zelf uit te leggen waarom je van Kant niemand mag vermoorden.
  4. Leg uit wat het grootste verschil is tussen Kant zijn plichtethiek en het utilisme.
Aan de slag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Een groep terroristen heeft een bom geplaatst in een gebouw in de stad. De bom gaat over drie uur ontploffen. De politie heeft de leider van de terroristen gevangen maar de terrorist wil niet zeggen waar de bom is. De politie kan de terrorist martelen om de locatie van de bom te vinden.
Leg uit wat de politie volgens een utilist zou moeten doen.
Gebruik vervolgens dit antwoord om kritiek te geven op het utilisme.
Tijdbom
timer
5:00

Slide 17 - Tekstslide

Stroming:
Utilisme
Plichtethiek
Deugdethiek
Wat is belangrijk?
Geluk
De goede wil
Wat moet je wel doen?
Meer geluk voor meer mensen
De goede wil en je verstand volgen
Wat moet je niet doen?
Geluk verkleinen in de wereld
Iets doen wat niet de goede wil volgt
Wat gebruik je om er achter te komen wat je moet doen?
De hedonistische calculus
Het categorisch imperatief
Overzicht periode

Slide 18 - Tekstslide

6. Ik kan plichtethische ethiek uitleggen, toepassen en beoordelen.
Dat betekent:
• Ik kan uitleggen wat plichtethiek is
• Ik kan een plichtethisch argument herkennen in een voorbeeld
• Ik kan uitleggen dat een handeling volgens Kant alleen goed is als die voortkomt uit de rede (en niet uit neigingen of gevoelens)
• Ik kan de twee formuleringen van het categorisch imperatief uitleggen en toepassen op een voorbeeld

Leerdoelen

Slide 19 - Tekstslide

Let op:

22 Januari SO over leerdoel 1 t/m 6
Zie de leerdoelenkaart voor de precieze stof.

Tot morgen

Slide 20 - Tekstslide