2VM nabespreken toets testweek 2
1 / 10
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Als je vertelt wat jij ergens van vindt, dan geef je je ............
Slide 4 - Open vraag
Een ander woord voor reden is ...
Slide 5 - Open vraag
Je kunt je iedere dag ergeren aan de weggegooide frisdrank- en energydrankblikjes, de lege chipszakken en andere weggegooide rommel, maar ze blijven gewoon liggen. Je kunt ze ook opruimen, met de hoop en verwachting dat het schoon blijft, omdat het een hoop ergernis scheelt.
De schrijver van de brief vindt het beter om rommel op straat op te ruimen. Welk argument gebruikt hij daarvoor?
De schrijver van de brief vindt het beter om rommel op straat op te ruimen. Welk argument gebruikt hij daarvoor?
A
omdat de scholen weer zijn begonnen
B
omdat hij hoopt dat het schoon zal blijven
C
omdat het een hoop ergenis scheelt
Slide 6 - Quizvraag
Eén van de doelen van Mollema is dat geen enkele leerling meer een jaar over hoeft te doen. Toch heeft blijven zitten niet alleen nadelen, vindt blogger Tim, die een jaar moest overdoen. 'Het heeft mij ook wel volwassener gemaakt.'
Welke mening staat in alinea 4?
Welke mening staat in alinea 4?
A
Toch heeft blijven zitten niet alleen nadelen.
B
Blogger Tim moest een jaar overdoen.
C
Geen enkele leerling hoeft meer een jaar over te doen.
Slide 7 - Quizvraag
Eén van de doelen van Mollema is dat geen enkele leerling meer een jaar over hoeft te doen. Toch heeft blijven zitten niet alleen nadelen, vindt blogger Tim, die een jaar moest overdoen. 'Het heeft mij ook wel volwassener gemaakt.'
Welk argument staat er in alinea 4?
Welk argument staat er in alinea 4?
A
Toch heeft blijven zitten niet alleen nadelen.
B
Het heeft mij ook wel volwassener gemaakt.
C
Geen enkele leerling hoeft meer een jaar over te doen.
Slide 8 - Quizvraag
Het is niet juist dat de lessen nu voor alle leeringen hetzelfde zijn.
A
argument
B
mening
Slide 9 - Quizvraag
Sleep het signaalwoord naar het juiste tekstverband
Concluderend
Namelijk
Bovendien
Vanwege
Zo
Voorbeeld
Want
Daarna
Dus
Maar ook
Vervolgens
En
Echter
Bijvoorbeeld
Maar
Tegenstelling
Opsomming
Tijdsvolgorde
Reden
Conclusie
