4.3 Samenhang - Tekststructuren

Nederlands
Jaar 1 | 2023-2024 | Periode 4
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Jaar 1 | 2023-2024 | Periode 4

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma
  • Welkom 
  • Voorlezen - Tommie in de zorg 
  • Lesdoelen
  • Tekststructuren
  • Aan de slag
  • Dilemma

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les:

  • kun je de kenmerken van verschillende vaste tekststructuren benoemen; 
  • kun je een bepaalde tekststructuur herkennen.



Slide 3 - Tekstslide

Opdracht vorige week
Tatoeages op de werkvloer
  • Wanneer kunnen tatoeages wel en wanneer niet?
  • In welke werksituaties is het écht beter om tatoeages te bedekken?
  • Heb je zelf een tatoeage? Wat doe jij als je gaat solliciteren? Waarom?
  • Heb je zelf geen tatoeages? Zou je er een laten zetten op een plaats die altijd zichtbaar is? Waarom wel of niet?

  • Schrijf een socialmediabericht over dit 
    onderwerp. Gebruik de standpunt-argument-
    structuur

Slide 4 - Tekstslide

Tekststructuren
Argumentatiestructuur 
Aspectenstructuur 
Verklaringsstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 5 - Tekstslide

Argumentatiestructuur
  • Inleiding: standpunt
  • Middenstuk: argumenten voor het standpunt // tegenargument // weerlegging
  • Slot: herhaling stelling // beantwoorden van de vraag 

Voorbeeld: een artikel met de titel "Tatoeages op de werkvloer kunnen echt niet."

Slide 6 - Tekstslide

Aspectenstructuur/indelingsstructuur
  • Inleiding: onderwerp
  • Middenstuk: diverse aspecten van het onderwerp
  • Slot: samenvatting 

Voorbeelden:  een artikel met de titel "Welke invloed heeft het coronavirus op jongeren?" of "Huidige trends in kledingstijl."

Slide 7 - Tekstslide

Voor-nadelenstructuur
  • Inleiding: vraag of stelling
  • Middenstuk: voordelen// nadelen
  • Slot: afweging // conclusie 
Bijvoorbeeld een artikel met als titel: "Wat zijn de voor- en nadelen van het vaccineren van jongeren?" of "Kledingruil, de milieuvriendelijkste manier om je garderobe te vernieuwen! Of toch niet?

Slide 8 - Tekstslide

Verklaringsstructuur (vraag-antwoord-structuur)
  • Inleiding: vraag/verschijnsel
  • Middenstuk: antwoord 
  • Slot: samenvatting of conclusie 

Bijvoorbeeld:  "Wat maakt anime zo populair in Japan?"

Slide 9 - Tekstslide

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 10 - Tekstslide

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 11 - Tekstslide

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 12 - Tekstslide

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag
  • Verkorte leerroute 3F - H4 Samenhang - 4.3 Schrijven - opdracht 6, 7 en 8
  • Zie leswijzer


Slide 14 - Tekstslide

Dilemma

Slide 15 - Tekstslide

Toets
Zorg dat je tekststructuren kent 
Let op het gebruik van hoofdletters en interpunctie
(standaard) vragen begrijpend lezen 
tekstdoelen, hoofdgedachte

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
Afmaken H2 lezen
Afmaken H1 lezen
Leren voor de toets

Slide 17 - Tekstslide