Samenvatting hoofdstuk 3

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Je weet hoe je een brand kunt blussen
Je snapt hoe een explosie werkt
Je weet het verschil tussen een volledige en onvolledige verbranding
Je weet wat het gevaar is van CO
Je kent de reagentia voor water en koolstofdioxide
Je kent de 5 factoren die de reactiesnelheid beïnvloeden

Slide 2 - Tekstslide

Alle drie tegelijk nodig voor een verbranding:

Slide 3 - Tekstslide

Haal 1 van de 3 weg en de brand 
gaat uit

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Welke voorwaarde werd hier weggehaald?
A
Brandstof weghalen
B
Zuurstof weghalen
C
Temperatuur verlagen

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Welke voorwaarde werd hier weggehaald?
A
Brandstof weghalen
B
Zuurstof weghalen
C
Temperatuur verlagen

Slide 8 - Quizvraag

licht ontvlambaar
Binas 39

Slide 9 - Tekstslide

Explosief
Binas 39

Slide 10 - Tekstslide

Explosie:
precies de goede verhouding tussen zuurstof en brandstof (en de ontbrandingstemperatuur..)

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Volledig vs onvolledig 
Volledig: Er is meer dan genoeg zuurstof aanwezig.
Vuur: vlam is blauw

Onvolledig: Er is te weinig zuurstof aanwezig. 
Vuur: vlam is geel 

Slide 13 - Tekstslide

Volledige en onvolledige verbranding


Koolwaterstoffen (verbindingen tussen C en H, zoals methaan (CH4) en benzine (C8H18))


Volledige verbranding: er ontstaat H2O (l) en CO2 (g)

Onvolledige verbranding: er ontstaat CO(g) en/of C (s) en H2O (l)

Slide 14 - Tekstslide

Onvolledige verbranding

 Als er te weinig zuurstof is, dan kan er geen CO2 ontstaan maar er ontstaat CO (g)

CO is kleurloos en reukloos en erg giftig!

Je gaat er snel aan dood

Slide 15 - Tekstslide

Onvolledige verbranding C,H

Slide 16 - Tekstslide

Volledige verbranding

Slide 17 - Tekstslide

Verbrandingsproducten aantonen
Water aantonen met wit kopersulfaat --> wordt blauw
Koolstofdioxide aantonen met helder kalkwater --> wordt troebel. 

Slide 18 - Tekstslide

Wit kopersulfaat

Slide 19 - Tekstslide

Helder kalkwater

Slide 20 - Tekstslide

Doelen van deze les:
Je weet welke 5 factoren de snelheid van een reactie kunnen vergroten of verkleinen.
Je kunt deze effecten met het deeltjesmodel verklaren

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Katalysator
Stof die een reactie versnelt (of vertraagt) 
ZONDER ZELF TE VERANDEREN

Vergelijk met een spijker in een plank slaan: met een hamer gaat dat snel maar de hamer verandert niet. 

Slide 26 - Tekstslide

Lesdoelen
Je weet hoe je een brand kunt blussen
Je snapt hoe een explosie werkt
Je weet het verschil tussen een volledige en onvolledige verbranding
Je weet wat het gevaar is van CO
Je kent de reagentia voor water en koolstofdioxide
Je kent de 5 factoren die de reactiesnelheid beïnvloeden

Slide 27 - Tekstslide