In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Werkafspraken H3tech
Telefoons in telefoontas
Iedereen is stil tijdens de uitleg
Je steekt je vinger op als je een vraag hebt
Iedereen blijft van elkaar en elkaars spullen af
Je blijft de hele les op je plek zitten
Er wordt niet gegeten of gedronken in de klas
Slide 1 - Tekstslide
4.1 Volledige en onvolledige verbranding
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kent het verschil tussen een volledige en onvolledige verbranding.
Je weet welke verbrandingsproducten ontstaan uit de verschillende atoomsoorten in de brandstof.
Je weet met welke reagentia je de verbrandingsproducten kan aantonen.
Je kent de gevaren van koolstofmono-oxide.
Slide 4 - Tekstslide
Deze les
Uitleg volledige en onvolledige verbranding
Uitleg reagentia
Lezen H4.1
Maken 1, 7, 11, 12, 15, 16
Slide 5 - Tekstslide
Verbrandingen
Een verbranding is een reactie met zuurstof.
Als er voldoende zuurstof is, vindt er een volledige verbranding plaats.
Bij onvoldoende zuurstof, vindt er onvolledige verbranding plaats.
Slide 6 - Tekstslide
Volledige verbranding
Als er voldoende zuurstof is, vindt er een volledige verbranding plaats.
Bij verbranding van een koolwaterstof (bijv. methaan, CH4), ontstaan altijd water en koolstofdioxide als producten.
Zichtbaar als een blauwe vlam.
CH4 + 2 O2 -> CO2 + 2 H2O
Slide 7 - Tekstslide
Onvolledige verbranding
Als er onvoldoende zuurstof is, vindt er een onvolledige verbranding plaats.
Als producten ontstaan, naast water en koolstofdioxide, ook koolstofmono-oxide en roet (koolstof).
Zichtbaar als een gele vlam.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Verbrandingsproducten
C verbranden geeft CO2 (onvolledig ook C en CO)
H verbranden geeft H2O
S verbranden geeft SO2
N verbranden geeft NO2 (onvolledig ook NO)
Metalen verbranden geven metaaloxides, bijv. FeO.
Slide 11 - Tekstslide
Reagentia
Reagentia zijn stoffen waarmee je de aanwezigheid van een andere stof aan kunt tonen.
Slide 12 - Tekstslide
Reagentia voor het aantonen van water
Wit kopersulfaat wordt blauw in de aanwezigheid van water
Custardpoeder (wit), wordt geel in de aanwezigheid van water.
Slide 13 - Tekstslide
Reagens voor het aantonen van koolstofdioxide
Helder kalkwater wordt troebel in de aanwezigheid van koolstofdioxide
Slide 14 - Tekstslide
Reagens voor het aantonen van zwaveldioxide
Een joodoplossing (geelbruin) wordt helder in de aanwezigheid van zwaveldioxide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Slide 17 - Video
Wat voor type verbranding zie je hier?
A
Volledige verbranding, want stabiele vlam.
B
Volledige verbranding, want gele vlam.
C
Onvolledige verbranding, want gele vlam
D
Onvolledige verbranding, want kleine vlam.
Slide 18 - Quizvraag
Welke producten komen vrij bij volledige verbranding van methaanamine, CH5N?
A
koolstofdioxide en waterdamp
B
koolstofdioxide, stikstofdioxide en waterstof
C
koolstofdioxide en stikstofdioxide
D
koolstofdioxide, waterdamp en stikstofdioxide
Slide 19 - Quizvraag
Is dit een volledige of onvolledige verbranding?
A
Volledig, want zuurstof voor de pijl
B
Volledig, want CO na de pijl
C
Onvolledig, want zuurstof voor de pijl
D
Onvolledig, want CO na de pijl
Slide 20 - Quizvraag
De verbrandingsgassen van brandstof X worden onderzocht. Resultaten: 1) wit kopersulfaat wordt blauw, 2) helder kalkwater blijft helder, 3) joodwater blijft geelbruin. Wat kan de formule van brandstof X zijn?
A
H2
B
H2S
C
CS2
D
CH4
Slide 21 - Quizvraag
Uitleg laatste quizvraag
Wit kopersulfaat wordt blauw, dus water is een verbrandingsproduct. H zit in de brandstof.
Helder kalkwater blijft helder, dus geen CO2 als product. Geen C aanwezig in de brandstof.
Joodwater ontkleurt niet, dus geen SO2 als product. Geen S aanwezig in de brandstof.
Slide 22 - Tekstslide
Leg uit waarom koolstofmono-oxide een sluipmoordenaar wordt genoemd.