Examentekst 4 2021-2

Vandaag
1e uur: oud-examentekst 2021 (kort truitje of niet) + lezen in leesboekje + afmaken leerdoel 3 opdracht 1,2,3ac
2e uur: lezen in leesboekje + afmaken leerdoel 3 opdracht 1,2,3ac
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
1e uur: oud-examentekst 2021 (kort truitje of niet) + lezen in leesboekje + afmaken leerdoel 3 opdracht 1,2,3ac
2e uur: lezen in leesboekje + afmaken leerdoel 3 opdracht 1,2,3ac

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Examentekst 4 2021-2
Kort truitje, wel of niet? 


Slide 3 - Tekstslide

18. Welke zin past het best bij het voorbeeld uit alinea 1?
A
Middelbare scholieren maken ’s ochtends vaak ruzie met hun ouders, omdat ouders het niet eens zijn met hun kledingkeuze.
B
Middelbare scholieren moeten zich ’s ochtends haasten om op tijd op school te zijn en besteden daarom weinig tijd aan hun kleding.
C
Middelbare scholieren zijn slim in het misleiden van hun ouders als het gaat om wat ze dragen als ze naar school gaan.

Slide 4 - Quizvraag

19. In alinea 4 staan enkele vragen.
Wat wil de schrijver met deze vragen aangeven?
A
kwesties waar de rector over wil discussiëren.
B
maatschappelijke thema’s waar ouders over na moeten denken.
C
onderwerpen waar scholen mee te maken hebben.
D
vragen waar de pubers een antwoord op moeten geven.

Slide 5 - Quizvraag

20. In alinea 4 benoemt de schrijver van de tekst dat zij de rector wel begrijpt.
Waar heeft zij begrip voor?
voor het feit dat
A
kleding onder individuele vrijheid van expressie valt
B
leerlingen zich op school correct moeten gedragen
C
pubers zich op school anders kleden dan in privésituaties
D
school zich bemoeit met de kleding die pubers dragen

Slide 6 - Quizvraag

21. Wat maakt het voor pubers lastig om geschikte kleding te dragen op
school volgens alinea 6?
A
Pubers vinden kleding belangrijker dan school.
B
Pubers weigeren zich aan kledingvoorschriften te houden.
C
Voor pubers is school gelijk aan hun persoonlijke omgeving.
D
Voor pubers is school gelijk aan werk.

Slide 7 - Quizvraag

22. Op welke vraag krijg je antwoord in alinea 6?
Hoe komt het dat
A
ouders weinig afweten van hedendaagse kleding voor pubers?
B
ouders zo vaak een verschil van mening hebben met hun puber?
C
pubers nog niet weten welke kleding bij een bepaalde omgeving past?
D
pubers zo’n uitgesproken smaak voor bepaalde kleding hebben?

Slide 8 - Quizvraag

23. De schrijver van deze tekst is moeder van twee pubers.
Welke conclusie kun je trekken op basis van de informatie uit alinea 8?
Deze moeder
A
adviseert haar dochter over haar kledingkeuze.
B
begrijpt de kledingkeuze van haar dochter niet.
C
bepaalt of de kleding van haar dochter passend is
D
zoekt de kleding van haar dochter uit.

Slide 9 - Quizvraag

Maak nu zelf vraag 24 t/m 28
Vraag 26 mag je overslaan 

Slide 10 - Tekstslide