Quiz 3 december
Wij maakten/ maaktten een heerlijk diner.
A
maakten
B
maaktten
1 / 33
Onderdelen in deze les
Wij maakten/ maaktten een heerlijk diner.
A
maakten
B
maaktten
Slide 1 - Quizvraag
Vera antwoorde/ antwoordde dat hij het ook niet wist.
A
antwoorde
B
antwoordde
Slide 2 - Quizvraag
Mijn tante ... wel acht chocoladecakes voor haar verjaardag.
A
bakte
B
bakde
C
baktte
Slide 3 - Quizvraag
Na zijn val ... Leon maandenlang geen paard meer te rijden.
A
durfde
B
durfdde
C
durfte
Slide 4 - Quizvraag
De man die streed voor gelijkheid in Zuid-Afrika ... Nelson Mandela.
A
heete
B
heette
Slide 5 - Quizvraag
De tandartsassistente ... altijd zo vriendelijk naar me.
A
lachte
B
lachtte
C
lachde
Slide 6 - Quizvraag
De moederchimpansees ... aan de vacht van hun jongen.
A
pluktten
B
plukten
C
plukden
Slide 7 - Quizvraag
Alleen al van het idee van bungeejumpen ... ik in paniek.
A
raaktte
B
raakte
Slide 8 - Quizvraag
Na die machtige pastasalade ... ik echt geen toetje meer.
A
hoefte
B
hoefde
C
hoeftte
D
hoefden
Slide 9 - Quizvraag
Tijdens die grote regenbui ... wij onder het afdak van de snackbar.
A
schuilden
B
schuilten
C
schuildden
Slide 10 - Quizvraag
Na het modderbad ... wij ons goed met douchegel.
A
wasten
B
wastten
Slide 11 - Quizvraag
Iris en Steven ... maar niet toegeven dat ze ongelijk hadden.
A
wilde
B
wilden
C
wouden
Slide 12 - Quizvraag
Zelfs na een uitleg van een halfuur ... wij de wiskundeopgave niet.
A
snapten
B
snaptten
C
snapte
D
snaptte
Slide 13 - Quizvraag
De keeper ... op over zijn redding in de laatste minuut.
A
schepte
B
scheptte
Slide 14 - Quizvraag
eendjes/ eendje's
A
eendjes
B
eendje's
Slide 15 - Quizvraag
pagina's/ paginas
A
pagina's
Slide 16 - Quizvraag
cds/ cd's
A
cds
B
cd's
Slide 17 - Quizvraag
knikkers/ knikker's
A
knikkers
B
knikker's
Slide 18 - Quizvraag
lolly's/ lollys
A
lolly's
B
lollys
Slide 19 - Quizvraag
Ik heb het gras vanmorgen gemaait/ gemaaid/ genaaidt.
A
gemaait
B
gemaaid
C
gemaaidt
Slide 20 - Quizvraag
Mathijs heeft een groot applaus ...
A
verdient
B
verdiendt
C
verdiend
Slide 21 - Quizvraag
Een goede sporter ... niet snel moe.
A
word
B
wordt
C
wort
Slide 22 - Quizvraag
Afgelopen zaterdag ... wij over de volgende wedstrijd.
A
overlegten
B
overlegdden
C
overlegden
Slide 23 - Quizvraag
Tijdens de les... Maud zachtjes met Jord.
A
fluistert
B
fluisterd
Slide 24 - Quizvraag
Ik had niet ... dat je nog zou komen vandaag.
A
vermoed
B
vermoet
C
vermoedt
Slide 25 - Quizvraag
Hoe noem je regels bij het schrijven van een brief/ mail?
A
conventies
B
aanheffen
Slide 26 - Quizvraag
Beste mevrouw Groen,
A
aanhef
B
afsluiting
Slide 27 - Quizvraag
Met vriendelijke groet,
A
aanhef
B
afsluiting
Slide 28 - Quizvraag
Hoe gaat het met je?
A
formeel
B
informeel
Slide 29 - Quizvraag
Alles goed met je?
A
formeel
B
informeel
Slide 30 - Quizvraag
Hoe gaat het met u?
A
formeel
B
informeel
Slide 31 - Quizvraag
Hoe heet de tekst die iets beoordeelt?
A
betoog
B
recensie
C
nieuwsbericht
Slide 32 - Quizvraag
Nederlands is...
A
leuk
B
saai
C
stom
D
slaapverwekkend
