12.12 2BKT Hoofdstuk 3 Woordenschat voorvoegsels en vaste vergelijkingen

Welkom bij Nederlands !


Je hebt nodig:
Leesboek
Laptop
of
Lesboek + schrift
timer
5:00
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands !


Je hebt nodig:
Leesboek
Laptop
of
Lesboek + schrift
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Lesopbouw
Hoofdstuk 3 Nieuw Nederlands: Woordenschat
Herkennen aan: oranje gedeelte boek/digitaal

Lezen
Uitleg over: voorvoegsels (vaste vergelijkingen)
-LessonUp opdrachten
-zelfstandig werken


Slide 2 - Tekstslide

timer
8:00

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg:
Sommige woorden bestaan uit een woord en een voorvoegsel.
Bijvoorbeeld: Verkoop je miskoop.
mis = verkeerd
miskoop = verkeerde koop

Een voorvoegsel kan je helpen de betekenis van het woord te vinden.

Slide 5 - Tekstslide

Veel voorkomende voegsels:
non- = niet, zonder
on-= niet
mis-= verkeerd, fout
wan-= slecht, verkeerd
her-= weer, opnieuw
ex-= niet meer, van vroeger     
inter-= tussen (twee of meer gebieden)

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg fragment 
H3 Woordenschat/ voorvoegsels

Slide 7 - Tekstslide

Wat betekent het woord 'wanorde'?
In mijn slaapkamer is wanorde, volgens mijn moeder.

Slide 8 - Open vraag

Het voorvoegsel 'non' betekent? Dit boek is 'non-fictie'?
A
slecht
B
verkeerd
C
niet
D
niet meer

Slide 9 - Quizvraag

             Vliegen over het water
In korte tijd is flyboarden zeer populair geworden. Flyboarden is een nieuwe, spectaculaire watersport waarbij je met een stevige slang gekoppeld wordt aan een waterscooter. Vervolgens wordt er water omhoog gepompt door de slang waardoor er een stuwkracht ontstaat.

Slide 10 - Tekstslide

Hiermee kun je tot wel veertien meter hoog vliegen en duiken. Eenmaal opgestegen komt het aan op het vinden en het houden van je balans. Het voelt alsof je bovenop het water staat en dat geeft een bijzonder gevoel.
De sport is inmiddels geliefd onder een groot publiek. 

Slide 11 - Tekstslide

Welk synoniem voor ‘populair’ (eerste zin) staat in de tekst?

Slide 12 - Open vraag

Wat betekent het onderstreepte woord 'spectaculaire'?

Slide 13 - Open vraag

Welk uitdrukking is van toepassing op de tekst ? Licht je antwoord toe.


A
als paddenstoelen uit de grond schieten
B
de smaak te pakken hebben
C
onder de blote hemel

Slide 14 - Quizvraag

Zelfstandig werken

Maken via: som/leermiddelen/nederlands of in werkt uit je boek. H3 - Woordenschat: voorvoegsels (TH:vaste vergelijkingen)
Je  maakt opdracht 1 t/m 4.
BK: blz. 104
KGT:blz. 80    / T/ HAVO blz. 80
timer
25:00

Slide 15 - Tekstslide

Uitleg vaste vergelijkingen:
In een vergelijking zet je twee dingen naast elkaar die op elkaar lijken. Je vergelijkt ze met elkaar. 

Bijvoorbeeld: Jasper is zo sterk als een beer. Door Jasper te vergelijken met een beer, maak je duidelijk dat Jasper heel erg sterk is.

Slide 16 - Tekstslide

Uitleg vaste vergelijkingen:
Een vergelijking is altijd figuurlijk bedoeld. 

Vaste vergelijkingen hebben meestal de vorm zo … als .... 
Voorbeelden: zo wit als sneeuw; zo groen als gras; zo duf als een konijn; zo rood als een kreeft.

Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig werken

Maken via: som/leermiddelen/nederlands of in werkt uit je boek. H3 - Woordenschat: voorvoegsels (TH:vaste vergelijkingen)
Je  maakt opdracht 1 t/m 4.
BK: blz. 104
KGT:blz. 80    / T/ HAVO blz. 80
timer
25:00

Slide 18 - Tekstslide

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd over voorvoegselsdeze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 19 - Tekstslide

Planning komt ook in som
Huiswerk volgende week:
H3/ Woordenschat

Tekst schrijven over eigen mening korte verhaal 'no escape room' of de voetbalwedstrijd Nederland- Argentinie. Morgen uitleg hierover.



Slide 20 - Tekstslide