Internationale handel en logistiek 25/05/23

• Toegepaste economie
• Secundair onderwijs

Internationale handel en logistiek 

Agenda

1. Herhaling vorige les

2. Computertaak: Haven van Antwerpen

3. Computertaak: waarom exporteren ondernemingen?

4. Filmfragment: logistieke sector (groepswerk)

LessonUp.app

Vormen van internationale handel

Internationale handel = intracommunautaire handel + extracommunautaire handel

Vormen van internationale handel

Intracommunautaire handel = 

internationale handel tussen EU-lidstaten

intracommunautaire verwerving (kopen)

+

intracommunautaire levering (verkopen)

Vormen van internationale handel

Extracommunautaire handel = internationale handel buiten de EU

Import/invoer

+

Export/uitvoer

Oefening

Op volgende slides krijgen jullie enkele oefeningen:

1. Sleepoefening begrippen

2. Herkennen vorm internationale handel

Intracommunautaire verwerving =

Intracommunautaire levering =

Een onderneming uit de EU koopt goederen/diensten aan bij een onderneming van een ander EU-land

Een onderneming uit de EU verkoopt goederen/diensten aan een onderneming van een ander EU-land

Import/invoer =

Export/uitvoer =

De aankoop van goederen of diensten van landen buiten de EU

De verkoop van goederen of diensten van landen buiten de EU

Over welke vorm van internationale handel gaat het:
België verkoopt bier aan Amerika.

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

Duitsland verkoopt auto's aan België.

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

Hongarije koopt games van Japan

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

Hongarije koopt sinaasappelen van Spanje

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

België verkoopt chocolade aan Zwitserland.

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

Nederland verkoopt tulpen aan België.

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

Portugal koopt specerijen van India.

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

Finland koopt tomaten van Italië.

1. Intracommunautaire verwerving
2. Intracommunautaire levering
3. Import/invoer
4. Export/uitvoer

België als doorvoerland

België als doorvoerland

Doorvoerland =

Producten over de hele wereld komen aan in België om naar andere landen getransporteerd te worden. 

Welke van onderstaand transportmodi zou jij kiezen om producten te transporteren?

Te voet

Fiets

Vrachtwagen

Binnenscheep-vaart

Vliegtuigen

Pijpleidingen

Teleporteren

Bus

Trein

Step

Computertaak

De haven van Antwerpen is een belangrijke doorvoerhaven voor België. 

Via onderstaande link krijgen we meer informatie over de haven van Antwerpen. 

https://tinyurl.com/havenvanantwerpen

Je leest best eerst de vragen in je handboek p.9 en gaat dan op zoek naar de antwoorden op de website. Maak gebruik van de inhoudstafel om gericht te zoeken. Je kan ook de sneltoets
CRTL + f gebruiken om een trefwoord te zoeken.

Maak een overstap naar de haven van Antwerpen voor de taak (zie volgende slide)

Wat zijn redenen om producten in en/of uit te voeren?
(belang internationale handel)

Redenen om uit te voeren

• Grotere afzetmarkt = meer winst
• Productie op grote schaal = schaalvoordelen (goedkoper)
• België heeft de benodigde grondstoffen niet (in voldoende mate)

Redenen om in te voeren

• Binnenlandse markt produceert goederen niet
• Onvoldoende technische kennis voor de productie 
• Productie is te duur in eigen land (bv. hoge loonkosten)
• Ingevoerde producten hebben een betere kwaliteit

Computertaak

WAT = presentatie over het aandeel van België in de wereldhandel (zie werkblad)

WIE = per 2 werken aan 1 onderzoeksvraag

WAAR = computerlokaal
WANNEER = tijdens de les, 15 min.

HOE = presentatie naar keuze (zie werkblad)

Antartica

Noord-Amerika

Zuid-Amerika

Afrika

Europa en azië

Australië (en oceanië)

LOGISTIEK

Logistiek
(1 woord)

Logistiek

Logistiek = een verzamelterm voor alles wat komt kijken om een stroom aan goederen vanaf de eerst tot de laatste fase te organiseren, plannen, besturen en uit te voeren.

Om een logistiek proces in goede banen te leiden, kijk je naar het moment waarop de grondstoffen worden ingekocht tot het moment waarop het eindproduct naar de consument gaat = logistieke keten = supply chain

Wat houdt logistiek in? 

Logistieke 
keten 

Meer dan alleen producten transporteren!

Handboek
p. 19

A. klant

B. grondstof

C. distributie

D. kleinhandel

E. productie

F. leverancier

Logistieke keten

1. Grondstoffen

2. Leverancier

3. Productie

4. Distributie (=verdelen)

5. Kleinhandel

6. Klant

Logistieke sector België

Belang internationale handel = redenen om in en uit te voeren

België = doorvoerland

Troeven:

1. De centrale ligging

2. De transportinfrastructuur

3. De productieve beroepsbevolking

4. De innovatie

Groepswerk: Troeven van België

WAT = Troeven van België op vlak van logistiek (zie werkblad) + antwoorden met elkaar delen 

WIE = 3 groepjes, 3 rollen

WAAR = computerlokaal
WANNEER = tijdens de les, 30 min

HOE = groepswerk in 3 fasen

Groepsverdeling en timing

Groepsverdeling via sticky notes (Miro)

Fase 1

Fase 2