5BO: thema 2 level 5
1 / 22
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Intracommunautaire verwerving is wanneer een product van de ene EU-land naar een andere EU-land wordt overgebracht.
A
waar
B
niet waar
Slide 2 - Quizvraag
Wanneer een product wordt geleverd van België naar Duitsland, is er altijd sprake van intracommunautaire handel
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Bij een intracommunautaire levering is de verkoopprijs van de goederen altijd zonder extra btw
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Wanneer goederen van de EU verkoopt worden aan een land buiten de EU, is er altijd sprake van een export.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Een Belgisch bedrijf verkoopt goederen aan een Frans bedrijf.
A
Intracommunautaire verwerving
B
Intracommunautaire levering
C
Export
D
Import
Slide 6 - Quizvraag
Een Nederlands bedrijf koopt goederen van een Duits landbouwer.
A
Intracommunautaire verwerving
B
Intracommunautaire levering
C
Export
D
Import
Slide 7 - Quizvraag
Een Duits bedrijf verkoopt goederen aan de Verenigde Staten.
A
Intracommunautaire verwerving
B
Intracommunautaire levering
C
Export
D
Import
Slide 8 - Quizvraag
Een Frans bedrijf koopt goederen van China.
A
Intracommunautaire verwerving
B
Intracommunautaire levering
C
Export
D
Import
Slide 9 - Quizvraag
Een Poolse ondernemer verkoopt goederen aan een Zweedse ondernemer.
A
Intracommunautaire verwerving
B
Intracommunautaire levering
C
Export
D
Import
Slide 10 - Quizvraag
Een Spaanse landbouwer verkoopt goederen aan een Belgische ondernemer.
A
Intracommunautaire verwerving
B
Intracommunautaire levering
C
Export
D
Import
Slide 11 - Quizvraag
Hoe verloopt de betaling van een product buiten de EU?
A
Via cijfer en credit
B
je betaalt meteen de leverancier
C
jouw bank betaalt meteen de leverancier
D
via letter en credit
Slide 12 - Quizvraag
Welke antwoord is FOUT:
Wat gebeurt er met jouw product bij het importeren naar een haven in de EU?
Wat gebeurt er met jouw product bij het importeren naar een haven in de EU?
A
veiligheid wordt gecontroleerd
B
naar factuur kijken
C
controle op namaakgoederen
D
invoer-btw betaald worden
Slide 13 - Quizvraag
Geef een voorbeeld van
economische integratie
economische integratie
Slide 14 - Woordweb
Waarvoor staat de afkorting EMU?
A
Economische en monetaire unie
B
Europese Markt Unie
C
Europese Milieu Uitvoering
D
Economisch Model Universum
Slide 15 - Quizvraag
EU is een voorbeeld van welke integratievorm?
A
economische en monetaire unie
B
gemeenschappelijke unie
C
economische unie
D
douane-unie
Slide 16 - Quizvraag
Eurozone is een voorbeeld van welke integratievorm?
A
economische en monetaire unie
B
gemeenschappelijke unie
C
economische unie
D
douane-unie
Slide 17 - Quizvraag
Hoe heet de samenwerking tussen EU en Turkije?
A
economische en monetaire unie
B
gemeenschappelijke unie
C
economische unie
D
douane-unie
Slide 18 - Quizvraag
EFTA is een voorbeeld van vrijhandelszone. Welke landen maken deel uit van de EFTA?
A
Zwitserland, Finaland, Noorwegen en IJsland
B
Zwitserland, Liechtenstein, Noorwegen en IJsland
C
Zwitserland, Liechtenstein, Noorwegen en Vaticaan
D
Zwitserland, Liechtenstein en IJsland
Slide 19 - Quizvraag
EER is een voorbeeld van welke integratievorm?
A
economische en monetaire unie
B
gemeenschappelijke unie
C
economische unie
D
douane-unie
Slide 20 - Quizvraag
Noord-Korea is een voorbeeld van welke integratievorm?
A
geen economische samenwerking
B
gemeenschappelijke unie
C
vrijhandelszone
D
douane-unie
Slide 21 - Quizvraag
Wat zijn nu de 6 integratievormen?
