1.1 Wat heb je te besteden? deel 1

H1 Inkomen en welvaart


§ 1.1 Wat heb je te besteden? deel 1
§ 1.2 Niet ieder inkomen is hetzelfde.
§ 1.3 Wil je welvaart of welzijn?
§ 1.4 Help, de prijzen stijgen!
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H1 Inkomen en welvaart


§ 1.1 Wat heb je te besteden? deel 1
§ 1.2 Niet ieder inkomen is hetzelfde.
§ 1.3 Wil je welvaart of welzijn?
§ 1.4 Help, de prijzen stijgen!

Slide 1 - Tekstslide

We gaan beginnen met ...

Slide 2 - Tekstslide

We gaan beginnen met ...
opgave 1 (blz. 10)
Pak: je boek, 
een schrift, 
een pen én 
je rekenmachine

Slide 3 - Tekstslide

Opgave 1 (blz. 10)
a  Bijv.: 

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 1 (blz. 10)
a  Bijv.: - Ouders hebben een te laag inkomen;
    - Ouders betalen als ze iets nodig hebben.

b  

Slide 5 - Tekstslide

Opgave 1 (blz. 10)
a  Bijv.: - Ouders hebben een te laag inkomen;
    - Ouders betalen als ze iets nodig hebben.

b  Bijv.: - Ouders betalen hun kleding;
     - Ze werken en kopen van hun loon zelf kleding. 

c  

Slide 6 - Tekstslide

Opgave 1 (blz. 10)
a  Bijv.: - Ouders hebben een te laag inkomen;
    - Ouders betalen als ze iets nodig hebben.

b  Bijv.: - Ouders betalen hun kleding;
     - Ze werken en kopen van hun loon zelf kleding. 

c  € 147 – € 112 = € 35

Slide 7 - Tekstslide

Opgave 1 (blz. 10)
d             

                  Stijging of daling in procenten berekenen:
                                  zie uitlegvideo volgende slide 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Opgave 1 (blz. 10)
d             
            
                                                               nieuw - oud
 Stijging of daling in procenten = ------------------ x 100% 
                                                                     oud
Vul de formule in en reken uit
(147 - 112) : 112 x 100% = 31,25...  
-->  31,3%
€ 147
€ 112

Slide 10 - Tekstslide

In deze les leer je:
- welke soorten inkomens we onderscheiden;
- waardoor je bestedingen worden bepaald;
- wat marketing inhoudt;
- de marketinginstrumenten (6 P's).


GOAL!

Slide 11 - Tekstslide

Er zijn 3 inkomensvormen:
Inkomen uit arbeid
Bijv.  loon/salaris, 
vakantiegeld, loon in natura, winst van ondernemer
Inkomen uit bezit
Bijv. rente, huur
Inkomen uit overdrachten
Bijv. uitkering, zakgeld, kleedgeld, kinderbijslag

Slide 12 - Tekstslide

Er zijn 3 inkomensvormen:
Inkomen uit arbeid
1
Inkomen uit bezit
2
Inkomen uit overdrachten
3
 1+2: primaire inkomens --> tegenprestatie
 3: secundaire inkomens --> geen tegenprestatie

Slide 13 - Tekstslide

Inkomen geef je vaak weer uit.
Waardoor worden jouw
bestedingen beïnvloed?

Slide 14 - Woordweb

Waardoor worden de bestedingen beïnvloed?
- leeftijd
- interesses
- inkomen
- nieuwe producten op de markt
- vrienden / familie --> sociale beïnvloeding
- marketing --> commerciële beïnvloeding
   de 6P's = marketinginstrumenten

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Ideële reclame
Doel: mentaliteit en/of gedrag van mensen te veranderen.


Ideële reclame gaat vaak over maatschappelijke problemen, bijv. milieu, zinloos geweld, 
niet roken en niet drinken.
Commerciële reclame
Doel: meer verkopen en 
dus meer winst.


Dit kan zijn:
- informatieve reclame 
- merkreclame 
- sluikreclame

Slide 17 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?
Wat heb je geleerd?

Slide 18 - Tekstslide

Product
Plaats
Prijs
Promotie
Presentatie
Personeel
bereikbaarheid
klantvriendelijk
uitstraling
winkel
verpakking
huismerk
reclame
verkoop-demonstratie
aanbieding
korting
plaats in rek

Slide 19 - Sleepvraag


Huur is een voorbeeld van ...
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit bezit
C
inkomen uit overdrachten

Slide 20 - Quizvraag

Een werkloosheidsuitkering is een voorbeeld van ...
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit bezit
C
inkomen uit overdrachten

Slide 21 - Quizvraag


Loon is een voorbeeld van ...
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit bezit
C
inkomen uit overdrachten

Slide 22 - Quizvraag


Rente is een voorbeeld van ...
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit bezit
C
inkomen uit overdrachten

Slide 23 - Quizvraag


Kinderbijslag is een voorbeeld van ...
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit bezit
C
inkomen uit overdrachten

Slide 24 - Quizvraag

Welke van de onderstaande inkomensvormen behoort/behoren
tot de primaire inkomens?
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit bezit
C
inkomen uit overdrachten

Slide 25 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Zakgeld behoort tot de
secundaire inkomens.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Video

Wat voor soort reclame zag je net?

Slide 28 - Open vraag

Aan het werk
Maken: par. 1.1
opg. 2 t/m 7 (blz. 10)
Zelf nakijken via Magister ELO Studiewijzers

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide