Les 7: Communicatie

Welkom!
Salestheorie

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
SalestheorieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Salestheorie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van vandaag
Je weet uit welke onderdelen het communicatieproces bestaat
Je weet de verschillende soorten communicatie

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Agenda
Wat je nog?
Wat weet je al?
Theorie en opdracht: Communicatiemodel
Terugblik op de les

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen B2B en B2C?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet een vertegenwoordiger?
A
is verantwoordelijk voor een klant
B
verkoopt producten/diensten en onderhoudt contacten
C
geeft leiding aan een verkoopteam
D
ondersteunt de binnendienst

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet een verkoopleider?
A
onderhoudt contact met grote klanten
B
geeft leiding aan een verkoopteam en is eindverantwoordelijk voor de verkoop
C
ondersteunt de binnendienst
D
verkoopt goederen en producten en onderhoudt contact

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet een salesmanager?
A
onderhoudt contact met grote klanten
B
geeft leiding aan een verkoopteam en is eindverantwoordelijk voor de verkoop
C
ondersteunt de binnendienst
D
verkoopt goederen en producten en onderhoudt contact

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan bij communicatie?

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Communicatiemodel

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Puzzel Communicatiemodel

Slide 13 - Tekstslide

puzzel is gemaakt

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Non verbale communicatie
  • afstand
  • mimiek
  • klank
  • volume
  • uiterlijk
  • lichaam 
  • gebaren
  • houding
  • oogcontact 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

 Wat is het verschil tussen ruis en miscommunicatie? 

Slide 17 - Tekstslide

Miscommunicatie ontstaat door ruis. Miscommunicatie ontstaat als een ontvanger een boodschap anders ontvangt dan de zender dat bedoeld heeft. Dit komt door externe of interne ruis. Ook non-verbale communicatie kan een rol spelen.   
 
Opdracht 1 Communicatie
Tijdens een verkoopgesprek is een verkoper in gesprek met een klant. Dit gesprek vindt plaats in een showroom. De verkoper geeft aan dat hij korting kan geven. De ontvanger geeft aan dat hij daar graag gebruik van maakt. Daarnaast vraagt de ontvanger wat de levertijd is. Maak deze opdracht voor jezelf.

Wie is in dit gesprek de zender?
De ontvanger?
Wat is de boodschap?
Welk middel wordt ingezet?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

communicatie oefening
Maak 3 rijen en geef boodschap door:
  • Donderdag over 2 weken vervalt  bij Sales, 10.00 tot 12.00, het laatste 1/2 uur
  • Neem een ruitjesschrift en een rode en groene pen mee
  • en op vrijdag heb je bij rekenen een lesuur extra, dit start om 16.00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht: geef een omschrijving van deze begrippen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Intra- en interpersoonlijke communicatie


Interpersoonlijke communicatie: een gesprek met twee of meer personen. 
 Intrapersoonlijke communicatie: in jezelf praten of denken.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van welke soort communicatie is sprake in de volgende situaties? 
a. Een gemeente verstuurt een persbericht. 
b. Een groothandel in plastic bakjes verstuurt een gepersonaliseerde e-mailing naar zijn klanten. 
c. Een leverancier van displays maakt reclame op tv. 
d. Een verkoper voert op de gang een gesprek met zijn collega. 
e. Een intercedent voert een conferencecallgesprek met een inlener en een kandidaat. 
f. Een vestigingsmanager heeft werkoverleg met zijn team. 
g. Een vestigingsmanager stuurt een e-mail met werkinstructies naar zijn team. 
h. Op Facebook wordt een advertorial van een bedrijf gedeeld. 
i. Een verkoper vertelt een leuke anekdote aan het begin van een verkoopgesprek om het ijs te breken. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
a. Externe communicatie, formele communicatie. 
b. One-to-onecommunicatie, externe communicatie. 
c. Massacommunicatie, indirecte communicatie. 
d. Interpersoonlijke communicatie, tweezijdige communicatie, informele communicatie. 
e. Groepscommunicatie, meerzijdige communicatie. 
f. Groepscommunicatie, interne communicatie, meerzijdige communicatie.
g. Indirecte communicatie, interne communicatie, formele communicatie.  
h. Mond-tot-mondcommunicatie, indirecte communicatie. 
i. Informele communicatie.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goal!
Je weet uit welke onderdelen het communicatieproces bestaat

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf het communicatiemodel op het bord

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goal!

Je weet de verschillende soorten communicatie

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen non verbale en verbale communicatie?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

gedachten en gevoelens omzetten in een boodschap is
A
coderen
B
decoderen
C
ruis
D
redundantie

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Communicatie binnen een groep
A
groepscommunicatie
B
massacommunicatie
C
formele communicatie
D
informele communicatie

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

een vergadering is
A
formele communicatie
B
informele communicatie
C
massacommunicatie
D
non verbale communicatie

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies