Communicatie in de zorg 1, VZ 24, BOL, les 7, normen en waarden, Susan

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Communicatie in de zorg 1

les 7: persoonlijke normen en waarden communicatie

Wat gaan we deze les doen?

• FF checken: aanwezigheid
• theorie: ethiek
• oefening grenzen aangeven
• persoonlijke normen en waarden communicatie
• werken in Learnbeat/ vragen aan docent.
• evaluatie/ vragen?

LB 6.4 E

Ethiek = de denkwijze van mensen over wat goed is en wat fout is.

De zorgvrager heeft het recht om het anders te zien dan jij. Als dat botst, noemen we dit een ethische dilemma.  

Ethische vragen en dilemma’s komen veel voor in de zorg:

-Medische kwesties (bijv euthanasie of abortus)

-Levensbeschouwing en cultuur

wat is een ethisch dilemma?

1. als zorgmedewerker moet je het juiste voor de patient doen.
2. een ander heeft een andere denkwijze over wat goed of fout is.

De patient wil stoppen met behandeling, familie wil doorgaan.
Is dit een ethisch dilemma?

1. Ja
2. Nee

Er zijn 3 patienten die een decubitus bed nodig hebben, maar de afdeling heeft er maar 2 beschikbaar.
Is dit een ethisch dilemma?

1. Ja
2. Nee

een kind huilt ontroostbaar als hij de vaccinatie van het rijks-vaccinatie-programma krijgt.
Is dit een ethisch dilemma?

1. Ja
2. Nee

Een patient wil dat zijn besmettelijke diagnose strikt geheim blijft.
Is dit een ethisch dilemma?

1. Ja
2. Nee

LB 6.4 E

Grenzen: 

-lichamelijke-

-psychologische- (hoe je erbij voelt) 

-werkgrenzen. Bijv Functiebeperking= grens tussen wat je wettelijk wel en niet mag doen in je werk.

De beroepscode bevat ethische en praktische normen en waarden.

LB 6.4 E

Gewenste intimiteit: is wederzijds en vrijwillig en waarbij je je veilig voelt.

Ongewenste intimiteit is onvrijwillig en waarbij je je onveilig voelt.

LB 6.4 G: voor jezelf opkomen

1) subassertief: je komt niet voor jezelf op

2) assertief: je komt voor jezelf op als je het ergens niet mee eens bent

3) agressief: je komt voor jezelf op, maar je staat anderen niet toe om dat ook te doen

Je kunt op een professionele manier voor jezelf opkomen.

Gelijkgestemd= meegaan in mening van ander.

Ongelijkgestemd= niet meegaan in mening van ander.

LB 6.4 E

Klassikaal rollenspel LB 6.4.E-6

Speel de casus na, waarbij Miranda op een goede manier haar eigen grenzen bewaakt. De klas  observeert het gesprek met formulier Grenzen aangeven.

LB 6.4 F omgaan met moeilijke situaties

Moeilijke situaties kunnen hevige emoties oproepen. Je moet eerst met je eigen emoties kunnen omgaan voordat je goed op een moeilijke situatie kunt reageren.

Rationeel Emotieve Training (RET)

RET is een methode waarmee je kunt ontdekken welke gedachten ervoor zorgen dat je emotioneel reageert. Met RET leer je ook om deze gedachten te veranderen in gedachten die je juist helpen.

Positieve gedachten (=helpende gedachten) in plaats van negatieve gedachten!

RET bestaat uit vijf stappen:

1. Beschrijf de situatie die je moeilijk vindt.

2. Beschrijf de gedachten die er in de situatie door je heen gingen.

3. Maak een overzicht van alle niet-helpende gedachten.

4. Geef commentaar op deze niet-helpende gedachten. Verander ze in gedachten die kunnen helpen bij doeltreffend handelen.

5. Beschrijf hoe je door deze nieuwe gedachten kunt komen tot doeltreffend handelen.

Aan de slag in groepjes van 3a 4 (LB 6.4.G-5)

Klassikaal evalueren en afvinken in LB: dit heb ik gedaan.

Rollenspel

Casus 1: Dominante Patiënt

Situatie: Je bent een verzorgende en helpt een oudere patiënt met zijn dagelijkse verzorging. De patiënt is vaak ongeduldig en geeft voortdurend bevelen.

Patiënt: “Waarom duurt het zo lang? Je moet sneller werken! Ik wil nu mijn ontbijt!”

Verzorgende: Blijf kalm en assertief. Leg uit dat je je best doet en dat je tijd nodig hebt om alles goed te doen.

Rollenspel

Casus 2: Dominante Arts

Situatie: Tijdens een teamvergadering bespreekt de arts de zorgplannen voor de patiënten. De arts negeert jouw input en onderbreekt je steeds.

Arts: “We doen het op mijn manier. Jouw suggesties zijn niet nodig.”

Verzorgende: Wees assertief en zeg dat je graag je mening wilt delen omdat je waardevolle inzichten hebt vanuit je dagelijkse zorg voor de patiënten.

Rollenspel

Casus 3: Dominante Collega

Situatie: Een collega verzorgende probeert altijd de leiding te nemen en geeft jou voortdurend opdrachten, zelfs als je al bezig bent met je eigen taken.

Collega: “Je moet nu dit doen. Laat dat maar liggen.”

Verzorgende: Wees assertief en zeg dat je je eigen taken hebt en dat je graag samenwerkt, maar dat je ook je eigen verantwoordelijkheden hebt.

Rollenspel

Casus 4: Dominante Familielid van de Patiënt

Situatie: Een familielid van een patiënt komt vaak langs en probeert te dicteren hoe jij je werk moet doen.

Familielid: “Je moet mijn moeder zo en zo verzorgen. Ik wil dat je dit nu doet.”

Verzorgende: Blijf kalm en assertief. Leg uit dat je de zorgplannen volgt die zijn opgesteld door het zorgteam en dat je openstaat voor hun zorgen, maar dat je ook je professionele grenzen hebt.

punt 3 = persoonlijke normen en waarden communicatie

Normen en waarden spelen een grote rol in hoe iemand communiceert.

1 Culturele waarden: Verschillende culturen hebben unieke communicatiestijlen. 

(Bijv. directheid)

2. Persoonlijke waarden: Waarden zoals eerlijkheid, respect, en empathie beïnvloeden hoe iemand met anderen omgaat. (Bijv bij eerlijkheid zal je transparant communiceren)

3. Omgevingsnormen: Bijv op werk: formele communicatie,  thuis: informele communicatie.

4.Sociale normen: in een groep: bijv humor.

5. Persoonlijkheid: bijv: Dominant, Stabiliteit, Consciëntieus.

noem (algemene) normen en waarden in communicatie

Normen:

• Respect 
• Luisteren 
• Duidelijkheid
• Eerlijkheid
• Geduld
• positiviteit

Waarden

• Empathie
• Integriteit
• Verantwoordelijkheid
• Samenwerking
• Professionaliteit
• Betrouwbaarheid

welke normen en waarden hebben invloed op jouw stijl van communiceren?

Hoe ver zijn jullie in Learnbeat?

Huiswerk deze week: LB 6.4.E +F+G

Werk in stilte verder aan LB

• volgende les:

• evaluatie
• vragen?