K H1 les 8

Huiswerk maandag 15-10
Leren 1.5   +  maken 1.5
Rekentrainer
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomiePraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Huiswerk maandag 15-10
Leren 1.5   +  maken 1.5
Rekentrainer

Slide 1 - Tekstslide

antwoorden vragen
Behandelt de winkelier de klacht van Priscilla de juiste manier? Leg je antwoord uit.

incorrect antwoord: Ja

correct antwoord: Ja, want met die tegoedbon kan ze een nieuw badpak kopen.



Slide 2 - Tekstslide

H1.6
Begrippen:
  • Kinderarbeid
  • Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO)
  • Keurmerk
  • Fairtrade 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

keurmerk 
milieu logo
logo 
symbool 

Slide 5 - Tekstslide

logo
A
hartje
B
nike
C
kruis
D
pijl

Slide 6 - Quizvraag

Keurmerk
Een keurmerk is een logo op een product dat aangeeft of een product of dienst aan bepaalde eisen voldoet.

Slide 7 - Tekstslide

Keurmerken
Geeft de consument zekerheid dat het product of de producent aan bepaalde eisen voldoet.

Slide 8 - Tekstslide

biologische producten
Biologische producten

Slide 9 - Tekstslide

eerlijke producten

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Mag iedereen een keurmerk beginnen?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Is een keurmerk altijd betrouwbaar?
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

H1.7
Begrippen:
  • vraag en aanbod

Slide 14 - Tekstslide

Vraag en aanbod
Fidget spinner               Iphone X                      Kaartje voor ....

Slide 15 - Tekstslide

Vraag en aanbod
Veel vraag naar een product = goedkoper product

Weinig aanbod van een product = duur product.

Slide 16 - Tekstslide

Vraag en aanbod


De vraag komt bij de consument vandaan.

(ze willen het hebben)


Het aanbod komt bij de verkopers vandaan.

(ze willen het verkopen)

Slide 17 - Tekstslide

Vraag groter dan aanbod
Vraag en aanbod zijn niet altijd hetzelfde

Als de vraag op een dag groter is dan het aanbod, 
dan gaat de prijs omhoog, 
aanbieders verkopen hun producten dan toch wel.



Slide 18 - Tekstslide

Aanbod groter dan vraag 
Aanbod kan ook groter zijn dan de vraag.
Dan krijgen verkopers niet alle producten verkocht.

Wat zullen verkopers dan met de prijs doen?

Slide 19 - Tekstslide

Vraag en aanbod bij elkaar
Alle vraag en aanbod bij elkaar noemen we de markt. 

Bijvoorbeeld: Alle vraag en aanbod van bloemen bij elkaar noemen we de markt voor bloemen.

Slide 20 - Tekstslide

0

Slide 21 - Video

Huiswerk dinsdag 16-10
Leren 1.1+1.5   +  maken 1.6
Rekentrainer 1.7

 dinsdag 6-11: Toets H1

Slide 22 - Tekstslide

Nabespreking
Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?

Slide 23 - Tekstslide