Paragraaf 2.3 & 2.5

SOCIALE COHESIE
Paragraaf 2.3
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

SOCIALE COHESIE
Paragraaf 2.3

Slide 1 - Tekstslide

NA DEZE LES WEET JE ...
  • ... wat het kernconcept sociale cohesie inhoudt.
  • ... welke factoren de samenleving bijeen houden.
  • ... wat de negatieve kanten van sociale cohesie zijn.

Slide 2 - Tekstslide

SOCIALE COHESIE
Het aantal en de kwaliteit van de bindingen die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van een gemeenschap, verantwoordelijkheid voelen voor elkaars welzijn en een beroep op anderen kunnen doen.

Slide 3 - Tekstslide

WAT HOUDT DE SAMENLEVING BIJEEN?
Drie antwoorden op deze vraag:
  1. Gedeelde normen en waarden
  2. Wederzijdse afhankelijkheid
  3. Dwang

Slide 4 - Tekstslide

GEDEELDE NORMEN EN WAARDEN
Ook wel saamhorigheidsbesef.

  • Hoe worden deze gedeelde waarden en normen overgedragen?
  • Waarom leiden deze ertoe dat de samenleving bijeen blijft?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

WEDERZIJDSE AFHANKELIJKHEID
Mensen zijn met elkaar verbonden en van elkaar afhankelijk.

  • Welke type bindingen hebben we?
  • Waarom leidt het streven naar eigenbelang tot meer wederzijdse afhankelijkheid?

Slide 7 - Tekstslide

DWANG
Opgelegde vorm van binding.

  • Is er alleen sprake van dwang in een dictatuur of ook in een democratie?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Mensen voelen zich met elkaar verbonden
A
Sociale cohesie
B
Socialisatie
C
Sociale controle
D
Identiteit

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Video

Waarom kan sociale cohesie ook negatief zijn?

Slide 12 - Open vraag