1M Word Order 2.0

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Lesson plan

Word order

Practice

Test information

Wat weet je nog over ''word order'' (woordvolgorde) in een zin?

Wat was het ezelsbruggetje ook alweer om de word order te onthouden?

Wie doet wat waar wanneer

Onderwerp - werkwoord - lijdend voorwerp - plaats - tijd

Wat is het woord tussen streepjes in de volgende zin:
I - wear - my jeans to school every day.

1. Wie
2. Wat
3. Doet
4. Waar

Wat is het woord tussen streepjes in de volgende zin:
- You - go to school every week.

1. Waar
2. Wanneer
3. Wat
4. Wie

Wat is het woord tussen streepjes in de volgende zin:
I used my pen - at school - every hour.

1. Wie
2. Waar
3. Wat
4. Wanneer

Wat is het woord tussen streepjes in de volgende zin:
I walk to the market - every Sunday -.

1. Wie
2. Wanneer
3. Wat
4. Waar

Zet in de goede volgorde:
Walks - he - to the store - every Tuesday

Zet in de goede volgorde:
to work - drive - they - together - every Monday

Zet in de goede volgorde:
plays - every Sunday - music - at the concert hall - the orchestra

Opfrissertje

Wie doet wat waar wanneer

Wat klopt er niet aan deze zin:
I worked yesterday at the library.

Wat klopt er niet aan deze zin:
At school he was practicing for the test.

Wat klopt er niet aan deze zin:
We thought about him yesterday at church.

Dus, nog een keer...
Wat is het ezelsbruggetje voor de woordvolgorde in de zin?

Test information!

Your test consists of Grammar (grammatica), Stones and vocabulary (woordjes) of Theme 2!

Als je vragen hebt moet je deze via Teams stellen, want de toetsen worden afgenomen in de EERSTE WEEK NA DE VAKANTIE!