Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H4 signaalwoorden en verbanden (hoofdgedachte
Ik kan signaalwoorden herkennen in een tekst en ik weet welk verband het signaalwoord heeft.
Lezen H5 blz. 120
- Samen opdracht 4
- Zelfstandig opdracht 5
timer
20:00
1 / 16
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
In deze les zitten
16 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Ik kan signaalwoorden herkennen in een tekst en ik weet welk verband het signaalwoord heeft.
Lezen H5 blz. 120
- Samen opdracht 4
- Zelfstandig opdracht 5
timer
20:00
Slide 1 - Tekstslide
Signaalwoorden aan verband koppelen
waardoor, zoals, zowel, namelijk, evenals, zodat, immers, doordat, verder, omdat, hiervan
oorzaak/gevolg
opsomming
voorbeeld
voorwaarde
argument
Slide 2 - Tekstslide
Kortom, dit was de herhaling over tekstverbanden en signaalwoorden.
Tekstverband?
A
Doel-middelverband
B
Vergelijkend verband
C
Samenvattend verband
D
Concluderend verband
Slide 3 - Quizvraag
Welk tekstverband herken je? 'Kortom, dit was de herhaling over tekstverbanden en signaalwoorden.'
A
Doel-middelverband
B
Vergelijkend verband
C
Samenvattend verband
D
Concluderend verband
Slide 4 - Quizvraag
Zoek
tekstverband:
Vroeger hield hij van pasta, tegenwoordig houdt hij meer van pizza.
n.
A
opsomming
B
tegenstelling
C
chronologie
D
toelichting
Slide 5 - Quizvraag
Om.......Te.... tekstverband is
A
oorzaak - gevolg
B
redengevend
C
doel - middel
D
concluderend
Slide 6 - Quizvraag
Welk tekstverband hoort bij het tekstverband 'tijdsvolgorde'?
A
terwijl
B
daarnaast
C
toch
D
mits
Slide 7 - Quizvraag
Tekstverbanden, het woord 'maar' hoort bij een .......tekstverband
A
opsommend
B
voorbeeldgevend
C
tegenstellend
D
redengevend
Slide 8 - Quizvraag
Noem 2 signaalwoorden bij een mening
Slide 9 - Open vraag
Noem 1 tekstverband dat hoort bij een oorzaak-gevolg
Slide 10 - Open vraag
Noem 2 signaalwoorden van voorwaarden
Slide 11 - Open vraag
Wat is de
hoofdgedachte
van de tekst?
Wat betekent het woord
hoofdgedachte
?
A
De belangrijkste zin van een alinea
B
Het onderwerp van de tekst.
C
Een uitspraak waar je het wel of niet mee eens bent.
D
Het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd in één zin.
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de hoofdgedachte?
A
Twee scholen in de Randstad verbieden leerlingen examen te doen
B
Een school mag een leerling adviseren af te zien van examen
C
Vijf leerlingen meldden zich de afgelopen maand bij het LAKS
D
Om een hoog slagingspercentage te garanderen, weigeren scholen leerlingen met slechte cijfers examen te laten doen.
Slide 13 - Quizvraag
Wat is de hoofdgedachte?
De hoofdgedachte = ?
A
Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
B
Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
C
Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
D
De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.
Slide 14 - Quizvraag
Wat is de hoofdgedachte van deze tekst?
Slide 15 - Open vraag
Wat is de hoofdgedachte?
Slide 16 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Week 5 lezen voorbereiding pw
Juni 2022
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Leesvaardigheid
September 2022
- Les met
16 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
3M Tekstverbanden
September 2022
- Les met
44 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
1.2 Lezen: tekstverbanden en signaalwoorden TEKSTVERBANDEN NOG KLOPPEND EN INTERACTIEF MAKEN
Augustus 2024
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
Signaalwoorden 2
November 2022
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Opsomming, tijdsvolgorde, tegenstelling
November 2022
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
1.3 en 2.3 Lezen: tekstverband: Opsomming, tijdsvolgorde, tegenstelling
November 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
tekstverbanden en signaalwoorden
April 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2