wat / van x 100% deel 2

Wat : van x 100% DEEL 2
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
HandelMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat : van x 100% DEEL 2

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
1. Voorkennis testen: wat weet je nog van de vorige lessen?
2. Aan de slag met hoofdstuk 6 en 7
3. start nakijken hoofdstuk 6 en 7


Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen:
Aan het einde van deze les weet je:

  • Hoe je brutowinst uitdrukt als percentage van de nettoverkoopprijs
  • Hoe je brutowinst uitdrukt als percentage van de inkoopprijs

Slide 3 - Tekstslide

Wat : van x 100%
Stel nou dat de vraag is: hoeveel procent is 14 van 150?

                  Dit vraagstuk kun je oplossen met bovenstaande formule: 
                  wat : van x 100%.
stap 1: stel de vraag anders: wat is 14 van 150?
stap 2: vul de formule in.
  wat is 14 ....                          wat : van x 100%                          14 : van x 100%
  van 150                                  wat : van x 100%                          14 : 150 x 100%
9,3%

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel procent is 90 van 480?

Slide 5 - Open vraag

uitwerking
stap 1: stel de vraag anders: wat is 90 van 480?
stap 2: vul de formule in.
  wat is 90 ....                       wat : van x 100%                        90 : van x 100%
  van 480                                wat : van x 100%                       90 : 480 x 100%
18,75%

Slide 6 - Tekstslide

De brutowinst van een product is €10,-
De inkoopprijs van dit product is € 24. Hoeveel procent bedraagt de brutowinst van de inkoopprijs?

Slide 7 - Open vraag

uitwerking
stap 1: stel de vraag anders: wat is 10 van 24?
stap 2: vul de formule in.
         wat is 10 
           van 24
          x 100%
                   wat : van x 100%                 10 : 24 x 100% =  

 
41,7%

Slide 8 - Tekstslide

De nettoverkoopprijs van een product is € 60,-. De brutowinst is € 15,-. Hoeveel is de brutowinst als percentage van de nettoverkoopprijs?
A
25%
B
20%

Slide 9 - Quizvraag

Kies de 2 juiste antwoorden. Welk antwoord hoort op de stippellijn te staan?
De brutowinst van een product is € 4,-.
De inkoopprijs van dit product is € 8,-
De nettoverkoopprijs van dit product is € 12,-.

De brutowinst is .... % van de inkoopprijs
De brutowinst is .....% van de nettoverkoopprijs

A
25% en 33,3%
B
33,3% en 100%
C
50% en 25%
D
50% en 33,3%

Slide 10 - Quizvraag

Aan de slag!
Je gaat aan de slag met hoofdstuk 6 en 7 uit de reader. 

Voor na de meivakantie  is af:

- hoofdstuk 6 
- hoofdstuk 7 a,b,c,d

19 mei: toets hfst. 1 t/m 7

Slide 11 - Tekstslide

Evaluatie

Je weet nu:
  • Hoe je brutowinst van de nettoverkoopprijs berekent
  • Hoe je brutowinst van de inkoopprijs berekent
  • Hoe je brutowinst uitdrukt als percentage van de  nettoverkoopprijs
  • Hoe je brutowinst uitdrukt als percentage van de inkoopprijs

Slide 12 - Tekstslide