Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
4.7 grammatica: bijvoeglijk naamwoord
4.7
Grammatica
Bijvoeglijk naamwoord
Nederlands
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
4.7
Grammatica
Bijvoeglijk naamwoord
Nederlands
Slide 1 - Tekstslide
Stillezen
timer
10:00
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
kan ik een
bijvoeglijk naamwoord
herkennen
en
benoemen
in een zin.
weet ik het verschil tussen een
bijvoeglijk
en een
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
.
kan ik een
voorzetsel
herkennen
en
benoemen
in een zin.
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoel
- Aan het einde van de les ken je het verschil tussen een bijvoeglijk naamwoord en een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord.
- Aan het einde van de les kun je het bijvoeglijk naamwoord vinden in de zin.
Slide 4 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
- vertelt iets over een zelfstandig naamwoord
- Kan voor of achter het znw staan.
Een
stoere
filmster
Het doosje is
blauw
.
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
- zegt van welke stof iets (znw) gemaakt is.
Een
gouden
horloge
De
plastic
tas
Slide 5 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
- kan een korte vorm (zonder -e) of lange vorm hebben (met een -e)
knap - knappe
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
- heeft maar één vorm en eindigt meestal op -en
koperen, houten
- maar niet altijd!
aluminium, plastic
Slide 6 - Tekstslide
Rijtje 1
Rijtje 2
Gouden
Bijzondere
Kartonnen
Stoute
Grandioze
Houten
Mooie
Plastic
Rode
Metalen
Slide 7 - Sleepvraag
Vul in:
het .... meisje (aardig)
Slide 8 - Open vraag
Vul in:
een .... meisje (aardig)
Slide 9 - Open vraag
Vul in:
de .... basketballer (lang)
Slide 10 - Open vraag
Vul in:
een .... basketballer (lang)
Slide 11 - Open vraag
Bij een de-woord gebruik je altijd de:
A
korte vorm
B
lange vorm
Slide 12 - Quizvraag
Bijvoeglijk naamwoord
- kan gemaakt zijn van een werkwoord.
De
gebroken
kom
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
- kan niet gemaakt zijn van een werkwoord.
Het
aluminium
tennisracket
Slide 13 - Tekstslide
Gebakken broden
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 14 - Quizvraag
linnen broeken
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 15 - Quizvraag
gevlochten haren
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 16 - Quizvraag
strooien hoeden
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 17 - Quizvraag
gevouwen lakens
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 18 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
2.8 grammatica woordsoorten HA1 bijvoeglijk naamwoord
November 2022
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1V - bijvoeglijk naamwoord
Oktober 2022
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
§4 Bijvoeglijk naamwoord
December 2022
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1V - bijvoeglijk naamwoord
November 2022
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1V - bijvoeglijk naamwoord
Mei 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1V - bijvoeglijk naamwoord
December 2022
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1V - bijvoeglijk naamwoord
September 2022
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Havo - Bijvoeglijk naamwoord
Mei 2022
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1