H7.4 extra uitleg protonen elektronen neutronen

par 7.4 atoombouw
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

par 7.4 atoombouw

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Isotopen
Bijvoorbeeld Koolstof

Koolstof heeft meestal 6 protonen en 6 neutronen
Maar er bestaat ook koolstof met 6 protonen en 8 neutronen
Binas tabel 32

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Van het element koper bestaan twee vormen: koper 63 en koper 65. Hoe noem je die verschillende vormen van koper?

Slide 6 - Open vraag

Het atoomnummer van koper is 29.
Hoeveel protonen heeft een atoom koper- 63?
A
63
B
29
C
34
D
92

Slide 7 - Quizvraag

Het atoomnummer van koper is 29.
Hoeveel neutronen heeft een atoom koper- 63?
A
63
B
29
C
34
D
92

Slide 8 - Quizvraag

Het atoomnummer van koper is 29.
Hoeveel protonen heeft een atoom koper- 65?
A
65
B
29
C
36
D
94

Slide 9 - Quizvraag

Het atoomnummer van koper is 29.
Hoeveel neutronen heeft een atoom koper- 65?
A
65
B
29
C
36
D
94

Slide 10 - Quizvraag


Slide 11 - Tekstslide

atoombouw

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

een atoom heeft 13 protonen, 13 elektronen en 14 neutronen.
Wat is het atoomnummer?

Slide 17 - Open vraag

een atoom heeft 13 protonen, 13 elektronen en 14 neutronen.
Wat is het massagetal?
A
13
B
26
C
27
D
28

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

hoe heet deze stof met een massagetal van 27?

Slide 20 - Open vraag

hoeveel protonen en elektronen heeft Chloor?

Slide 21 - Open vraag

een atoomsoort heeft 27 elektronen, 27 protonen en 32 neutronen.
welke atoomsoort is dat?

Slide 22 - Open vraag

Co heeft 27 elektronen, 27 protonen en 32 neutronen.
wat is het massagetal van Co?

Slide 23 - Open vraag

Co heeft 27 elektronen, 27 protonen en 32 neutronen.
wat is het atoomnummer van Co?

Slide 24 - Open vraag

Slide 25 - Tekstslide

isotopen
Waar komt dat rare massagetal vandaan?

Van Chloor zijn er 2 isotopen die in een bepaalde verhouding voorkomen

Slide 26 - Tekstslide


Slide 27 - Tekstslide

Positief Geladen deeltjes
Soms is het zo dat er in een atoom meer protonen dan elektronen zitten. Het deeltje is dan positief geladen 
Als het atoom bijvoorbeeld 20 protonen heeft en 18 elektronen, dan heeft het deeltje een lading van +2

Slide 28 - Tekstslide

negatief Geladen deeltjes
Het kan ook zo zijn dat er in een atoom meer elektronen dan protonen zijn. Het deeltje is dan negatief geladen
Als het atoom bijvoorbeeld 18 protonen en 20 elektronen heeft, dan heeft het deeltje een lading van -2

Slide 29 - Tekstslide

Een atoom heeft 20 protonen, 20 neutronen en 18 elektronen.
Welk atoom is dit ?
A
Zuurstof
B
Koolstof
C
Stikstof
D
Calcium

Slide 30 - Quizvraag

Een atoom heeft 20 protonen, 20 neutronen en 18 elektronen.
Wat is de massa van dit atoom ?
A
40
B
38
C
20
D
18

Slide 31 - Quizvraag

Een atoom heeft 20 protonen, 20 neutronen en 18 elektronen.
Wat is de lading van dit atoom ?
A
+2
B
+1
C
-1
D
-2

Slide 32 - Quizvraag