Hoofdstuk 7.1 pijlenketting

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Welkom!

Paragraaf 7.1

Wat gaan wij doen vandaag?

Uitleg

Samen oefenen

Aan het werk! 

Wat ga je leren?

Bij een situatie een regel in woorden maken

Een pijlenketting bij een regel in woorden maken

Met een pijlenketting rekenen

Tel de benen.
Hoeveel paarden?

Vul de tabel verder in.
Waarom geen 15 benen in de eerste kolom?

Hoeveel paarden horen er bij 68 benen?

Hoeveel verdient Johan als hij op een dag 10 pizza's bezorgd?

1. 10,-
2. 25,-
3. 45,-
4. 100,-

Stappenplan

Pijlenketting

Wat staat er onder het IN- getal?

Wat staat er onder het UIT-getal?

Wat zet je boven de pijl? + - x of :

Maak vraag 3

Noble verkoopt kaartjes voor een voetbalwedstrijd voor €10,- per stuk.
....
aantal kaartjes ---> verdiensten
Wat moet er boven de pijl staan?

1. : 10
2. x 10
3. + 10
4. - 5

Jolanda en Remco sparen iedere maand een bedrag. Zie de pijlenketting.

Hoeveel heeft Jolanda gespaard na vijf maanden?

Jolanda en Remco sparen iedere maand een bedrag. Zie de pijlenketting.

En hoeveel heeft Remco gespaard na vijf maanden?

Hoeveel euro had Remco voordat hij begon met sparen?

1. 5 euro
2. 10 euro
3. 15 euro
4. 20 euro

De leerlingen gaan kanovaren. Per drie leerlingen is er één kano nodig. Om het aantal kano’s te berekenen is er een pijlenketting gemaakt.
Hoeveel kano’s zijn er nodig als er 24 leerlingen meegaan?

1. 6
2. 7
3. 8
4. 9

Uiteindelijk gaan er 38 leerlingen mee op schoolreis. Zijn er 12 of 13 kano’s nodig?

1. 12
2. 13

Hoeveel procent is de batterij opgeladen na 10 minuten?

1. 10%
2. 12%
3. 15%
4. 17%

Hoeveel procent is de batterij opgeladen na een halfuur?

1. 20%
2. 23%
3. 27%
4. 30%

Na hoeveel minuten is de batterij volledig opgeladen?

1. 167 minuten
2. 176 minuten

Bereken bij a het bedrag na 4 maanden.

Bereken bij b het bedrag na 4 maanden.

Bereken bij c het bedrag na 4 maanden.

Bereken bij d het bedrag na 4 maanden.

Einde van de les

Paragraaf 7.1

Blz. 230, 331, 232.