8-BIT orkest
1 / 14
Lesduur is: 45 minInstructies
Werkbladen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Introduceer het lesblok "8-bit Orkest" en vertel de leerlingen dat ze in drie lessen kennismaken met zowel elektronische als akoestische muziek.
Slide 3 - Tekstslide
Start een klassikaal gesprek over het begrip orkest.
Stel de leerlingen vragen:
- Wie weet wat een orkest is?
- Welke instrumenten zie je allemaal?
- Wie bespeelt er zelf een instrument?
Nieuw woord: orkest. Bespreek dit woord.
Slide 4 - Tekstslide
Vertel de leerlingen dat er in Almere veel orkesten zijn en leg uit dat deze orkesten veel van elkaar kunnen verschillen. Er zijn zowel grote als kleine orkesten, zoals een symfonieorkest of een kamerorkest. Deze orkesten maken gebruik van verschillende combinaties van instrumenten, waaronder strijkers, blazers en trommels.
Vertel dat de leerlingen tijdens de masterclass zelf een orkest zullen vormen, maar met een uniek kenmerk: het wordt een 8-bit orkest.
Slide 5 - Tekstslide
Leg uit wat 8 -bit is:
Stel je voor dat muziek wordt gemaakt door een heel oude computer of een superoude videogame. Die oude apparaten konden alleen simpele geluiden maken, zoals piepjes en bliepjes. Nou, 8-bit is als een soort muziek die precies die geluiden gebruikt!
Nieuw woord: 8-bit. Bespreek dit woord.
Slide 6 - Tekstslide
Kijk met de leerlingen naar de indeling van het orkest en leg uit dat alle muzikanten samen het orkest vormen, één geheel. Iedere muzikant heeft een vaste plek in het orkest. Als 1 muzikant iets anders doet, heeft dat invloed op alle andere muzikanten.
Slide 7 - Video
Zet het geluid aan en start de video.
Slide 8 - Tekstslide
Leg aan de leerlingen uit wat een dirigent is en wat de rol van de dirigent in het orkest is. Ieder orkest heeft een dirigent.
Nieuw woord: dirigent. Bespreek dit woord.
Slide 9 - Video
Start de video om een fragment van een repetitie van het Nederlands Philharmonisch Orkest te beluisteren. In dit fragment zijn akoestische instrumenten te horen. Laat de kinderen goed opletten op welke instrumenten ze herkennen.
Slide 10 - Tekstslide
Leg uit wat akoestische muziek is:
Akoestische muziek is als muziek gemaakt met instrumenten die geen stekkers nodig hebben. In plaats van elektriciteit gebruiken ze de kracht van de handen en vingers van de muzikanten. Denk aan gitaren, violen, piano's en fluiten. Deze instrumenten maken geluid wanneer de muzikant erop speelt.
Vraag de leerlingen:
- Wie kent er een akoestisch liedje?
- Of een liedje waarin akoestische elementen te horen zijn?
Nieuw woord: akoestisch. Bespreek dit woord.
Slide 11 - Video
Start de video om een fragment te beluisteren van een elektronische cover van het liedje "It Goes Like (Nanana)". In dit fragment worden elektronische instrumenten gebruikt.
Slide 12 - Tekstslide
Leg uit wat elektronische muziek is:
Elektronische muziek wordt gemaakt met hulp van speciale machines en computers. Stel je voor dat je een tovenaar bent die geluiden maakt met knoppen en schakelaars in plaats van met instrumenten zoals een gitaar of piano. Deze geluiden kunnen van alles zijn, van tikken als regendruppels tot bonzen als het stampen van een reus. Zo kunnen geluiden worden veranderd zodat ze klinken als iets wat je nog nooit hebt gehoord.
Vraag de leerlingen:
- Wie kent er een elektronisch liedje?
- Of een liedje waarin elektronische elementen te horen zijn?
Nieuw woord: elektronisch. Bespreek dit woord.
Slide 13 - Link
Open de Learning Music-website door te klikken op: "Open deze website in een nieuw tabblad".
Op deze website kun je oefenen met het maken van elektronische muziek. Probeer het eens uit! Na het oefenen kun je doorgaan naar "beats maken". Probeer samen met de leerlingen een beat te maken.
Slide 14 - Tekstslide
Vraag wat de leerlingen hebben geleerd en herhaal de nieuwe woorden: orkest, dirigent, 8-bit, akoestisch en elektronisch.
Blik vooruit op de masterclass. Er komt een muzikant naar de klas waar jullie een 8-bit orkest mee gaan maken.
Wat kunnen ze verwachten van de masterclass:
- Introductie van de kunstenaar
- Terugkoppeling naar de voorbereidende les
- Uitleg van de kunstenaar wat ze gaan doen
- Aan de slag met de kunstenaar
- Afsluiten masterclass
Wat wordt er van de docent verwacht:
- De docent moet te alle tijden bij de masterclass aanwezig blijven.
- De docent assisteert de kunstenaar waar nodig. De kunstenaar zal dit aan het begin van de les afstemmen met de docent.
- De docent zorgt dat materialen die op school zijn geleverd of die van de school worden gebruikt klaar liggen.
