Les 6 H1.5 Rekenen aan mengsels

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 3

Rekenen aan mengsels

havo/atheneum H1.5

mavo H1.3

100 koeien

99 koeien

1 schaap

54 koeien

2 schapen

24 kippen

54 koeien

2 schapen

24 kippen

Hoeveel procent van de dieren is een kip?

54 koeien

2 schapen

24 kippen

Totaal aantal dieren 

54 + 24 + 2 = 80

24 hiervan zijn kippen.

Hoeveel procent van de dieren is een kip?

54 koeien

2 schapen

24 kippen

Totaal aantal dieren 

54 + 24 + 2 = 80

24 hiervan zijn kippen.

Hoeveel procent van de dieren is een kip?

54 koeien

2 schapen

24 kippen

Totaal aantal dieren 

54 + 24 + 2 = 80

24 hiervan zijn kippen.

=massa% = 30 % of

Hoeveel procent van de dieren is een kip?

​80​​24​​⋅100

24
80	1	100

Alleen mavo

Massapercentage

Massapercentage is de hoeveelheid stof in een mengsel uitgedrukt in procenten

Massa druk je uit in mg, g, kg, etc

Massapercentage - 1

Bestek kan gemaakt zijn van RVS (roestvrij staal).

In 1250 kg RVS zit 137,5 kg chroom.

Bereken het massapercentage chroom in RVS.

Massapercentage - 2

Pietje gaat een nasi maken. De ingrediëntenlijst is als volgt: 80 g kipkruiden, 510 g rijst, 350 g kipfilet en 1,06 kg groenten.

Bereken het massapercentage kipfilet in de nasi. 

Volumepercentage

Volumepercentage is de hoeveelheid vloeistof of gas in een mengsel uitgedrukt in procenten

Volume druk je uit in mL, L, cm³, dm³, m³ etc 

Volumepercentage - 3

6 liter lucht bestaat uit 4,68 dm³ stikstof, 0,00126 m³ zuurstof en de rest zijn andere gassen.

Bereken het volumepercentage zuurstof in de lucht.

Concentratie

Er zijn 2 maatcilinders met dezelfde concentratie.

Welke dan?

én waarom? 

Concentratie 

De concentratie van een stof laat zien hoeveel vaste stof is opgelost in een bepaalde hoeveelheid vloeistof.

Concentratie druk je uit in g/L, kg/L, g/mL etc

Concentratie = Hoeveelheid opgeloste stof / hoeveelheid oplossing

Concentratie - 4 

Jantje gooit twee suikerklontjes in zijn thee. Eén suikerklontje weegt 4 gram. Hij heeft een theeglas met 250 mL thee.

Bereken de concentratie suiker in de thee. 

Druk je antwoord uit in g/L.

Onverzadigd, verzadigd en oververzadigd

50 g/L

360 g/L

450 g/L

Toets datum

maandag 18 november

Aan de slag

Havo/vwo Lezen H1.5 & maken opdrachten 58 t/m 71

Mavo Lezen H1.3; maken opdrachten 23 t/m 34

Nu aan de slag

Lezen H1.3; maken opdrachten 23 t/m 34