Spelling: korte en lange klanken

SPELLING 
KORTE KLANK / LANGE KLANK
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

SPELLING 
KORTE KLANK / LANGE KLANK

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

REGEL LANGE KLANK

aa ee uu oo

De apen eten dure noten


Lange klanken hebben pech,

we halen gewoon een letter weg.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

REGEL KORTE KLANK

o i e a u

Domme kippen rennen het smalle bruggetje op.


Bij korte klanken zoals: a e o i u

zet ik twee medeklinkers, lekker puh!

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Tijdens deze fase blik je terug op de vorige les.
Eventueel bespreek je moeilijke opdrachten uit het huiswerk.

k...enhok
A
ip
B
ipp

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

straat stra...en
A
at
B
aat

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

val ---- va...en
A
al
B
all

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

aap ... a...en
A
m
B
mm

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

kat --ka...en
A
t
B
tt

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

brood---bro...en
A
d
B
dd

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

juf---ju....en
A
f
B
ff

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

REGEL TWEEKLANKEN

Hoor je aan het eind van een klankgroep een tweeklank, schrijf het woord zoals je het hoort.

luister - keuken - ruiken - kijken -

reiken - houten - pauken - zieken - koeken

Luister goed,

dan weet je hoe je het schrijven moet.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies