Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Herhaling naamvallen 4GTL
Naamvallen: Schritt für Schritt
Leerdoel:
Ik kan de Duitse naamvallen in een zin correct
gebruiken.
Nodig:
schema naamvallen
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Naamvallen: Schritt für Schritt
Leerdoel:
Ik kan de Duitse naamvallen in een zin correct
gebruiken.
Nodig:
schema naamvallen
Slide 1 - Tekstslide
Waar staat de eerste naamval voor?
A
gezegde
B
onderwerp
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp
Slide 2 - Quizvraag
Waar staat de vierde naamval voor?
A
gezegde
B
onderwerp
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp
Slide 3 - Quizvraag
Waar staat de derde naamval voor?
A
gezegde
B
onderwerp
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp
Slide 4 - Quizvraag
Hoe vind je een bepaald zinsdeel?
zin in een andere tijd zetten
wie/wat + gez + ond
wie/wat + gez
aan/voor wie?
gezegde
lijdend voorwerp
onderwerp
meewerkend voorwerp
Slide 5 - Sleepvraag
Slide 6 - Video
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
timer
1:00
Welke voorzetsels krijgen altijd de 3e nv, noem er 3?
Slide 9 - Woordweb
timer
1:00
Welke voorzetsels krijgen altijd de 4e nv, noem er 3?
Slide 10 - Woordweb
Welk lidwoord is hier juist?
(de)... Junge spielt Mindcraft.
A
der
B
dem
C
den
D
die
Slide 11 - Quizvraag
Welk lidwoord is hier juist?
Mindcraft wird von (de) ... Junge gespielt.
A
der
B
dem
C
den
D
die
Slide 12 - Quizvraag
Welk lidwoorden zijn hier juist?
Ich gebe (mijn) ... Mutter (een)... Tasche.
A
meine / einer
B
meiner / eine
C
meine / eine
D
meinem / einer
Slide 13 - Quizvraag
Welk lidwoord is hier juist?
Seine Sekretärin bietet (de) ... Reinigungskraft einen Kaffee an.
A
der
B
das
C
dem
D
den
Slide 14 - Quizvraag
Welk bezittelijk vnw is hier juist?
Hast du (haar) ... Anzeige in der Zeitung gelesen?
A
ihr
B
ihre
C
ihrer
D
ihrem
Slide 15 - Quizvraag
Vertaal het persoonlijk vnw in de juiste vorm:
Schickst (jij) ... heute noch die E-Mail?
Slide 16 - Open vraag
Vertaal het persoonlijk vnw in de juiste vorm:
Hast du (hem) ... schon gesehen?
Slide 17 - Open vraag
Vertaal het persoonlijk vnw in de juiste vorm:
Bei (mij) ... zu Hause haben wir eine Schildkröte.
Slide 18 - Open vraag
Vertaal het persoonlijk vnw in de juiste vorm:
Ich mache mich sorgen um (jou) ...
Slide 19 - Open vraag
Samengevat
Naamvallen correct gebruiken:
Stap 1:
eerst kijken naar voorzetsels/werkwoorden
Stap 2:
geen voorzetsels/ ww... dan ONTLEDEN
Slide 20 - Tekstslide
Ik kan de naamvallen meestal goed toepassen m.b.v. het bijgevoegde schema naamvallen.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 21 - Poll
Meer lessen zoals deze
2 VWO Werkwoorden 1e 3e 4e naamval Kapitel 4
January 2021
- Les met
32 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2 HV voorzetsels met de 3e en 4e naamval Kapitel 5
March 2022
- Les met
38 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
3 HAVO_Werkwoorden 3e 4e naamval
January 2021
- Les met
36 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 voorzetsels met de 3e en 4e naamval
December 2022
- Les met
37 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
3 HV voorzetsels met de 3e en 4e naamval
June 2022
- Les met
38 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2h-kw24-Herhaling naamvallen
June 2023
- Les met
28 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Werkwoorden 1e 3e 4e naamval + voorzetsels
October 2023
- Les met
33 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
De der-Gruppe en ein-Gruppe
May 2023
- Les met
22 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3