In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
BESCHOUWING
SCHRIJVEN
Slide 1 - Tekstslide
Wat zou het woord beschouwen kunnen betekenen in begrippen als levensbeschouwing, kunstbeschouwing, nabeschouwing?
Slide 2 - Tekstslide
Beschouwing
Een beschouwing is een tekst die de lezer aan het denken wil zetten over een bepaalde kwestie. Het onderwerp van een beschouwing is een probleem of kwestie. In een beschouwing wordt het onderwerp van verschillende kanten belicht. In een beschouwing laat je het oordeel aan de lezer over. De hoofdgedachte van een beschouwing is meestal een opsomming van oplossingen, voor- en nadelen of verklaringen.
Slide 3 - Tekstslide
Beschouwing
Een tekst waarin je verschillende aspecten van één onderwerp belicht, noem je een beschouwing.
Het doel van zo'n tekst is: de lezer eerlijk afgewogen informatie geven, zodat deze zichzelf een mening kan vormen = opiniëren.
Slide 4 - Tekstslide
Ieder kind moet verplicht worden om gevaccineerd te worden tegen elke ziekte.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Slide 7 - Video
Beschouwing
tekstdoel: lezer aan het denken zetten / eigen mening laten vormen (opiniëren)
inhoud: feiten en verschillende meningen
meerdere gezichtspunten/ voor- en nadelen
kenmerk:neutraal
(geen duidelijke mening van de schrijver)
Slide 8 - Tekstslide
Kenmerken beschouwing
Biedt verschillende visies ter overweging aan.
Laat de lezer nadenken.
Centrale vraag waar meerdere antwoorden op gegeven worden.
Genuanceerd.
Stijl is zakelijk.
Slide 9 - Tekstslide
Doel & opbouw
- Kennis maken met verschillende standpunten
- Altijd objectief
- Zowel voor- als nadelen worden besproken
- Altijd inleiding, kern, slot
Slide 10 - Tekstslide
Titel
- Zelf verzinnen
- Informerend en aansluitend
- Maak nieuwsgierig
- Mag een vraag zijn
Slide 11 - Tekstslide
Inleiding
Functies: enthousiasmeren voor actueel thema, door een vraag te stellen of beschrijven van een anekdote
- inleiding over vraagstelling
- alleen objectieve informatie
- inleiding afsluiten met structuuraanduider
Wat is een structuuraanduider??
Slide 12 - Tekstslide
Inleiding
Voorbeeld bij probleem-oplossingsstructuur:
'Deze vraagstelling is uitgewerkt middels twee voordelen en twee nadelen.'
Slide 13 - Tekstslide
Inleiding = 2 alinea's
Alinea 1:
anekdote, persoonlijk verhaal, vraag of actueel probleem bij je onderwerp
Alinea 2:
introduceer je het onderwerp, noem je vraag en structuuraanduider