5.3 Mensen in het zandlandschap les 2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Wat gaan we vandaag doen?

• Herhalen paragraaf 3

• Uitleg paragraaf 3
• Opdrachten werkboek

• Wat hebben we vandaag geleerd?

5.3 Mensen in het zandlandschap

5.3 Leerdoelen

1. Wat zijn de kenmerken van het zandlandschap voor 1900?
2. Welke veranderingen hebben plaatsgevonden in het zandlandschap na 1900 en 1950?
3. Wat waren de gevolgen van deze veranderingen voor de inrichting van het zandlandschap?
4. Welke milieuproblemen kennen de zandgronden?
5. Wat zijn de gevolgen van deze milieuproblemen?
6. Wat zijn de oplossingen voor deze milieuproblemen?

Leerdoelen 5.3

• Een esdorp

• Basisboek
• B103: luchtvervuiling
• B132: Specialisatie en mechanisatie
• B133: Intensieve landbouw
• B135: Landbouw en inrichting 

De lager gelegen graslanden die te nat waren voor akkerbouw noemen we ook wel?

brink

es

heide

groengrond

houtwal

Wat is een ander woord voor bio-industrie

1. schaalvergroting
2. intensieve veehouderij
3. mechanisatie
4. intensivering

Lees de tekst in je boek. Welke drie algemene milieuproblemen worden er genoemd voor de zandgronden?

4. Welke milieuproblemen kennen de zandgronden?

• Vermesting
• Verzuring
• Verdroging

Vermesting

• In de bio-industrie wordt veel mest geproduceerd
• Mest bevat veel stikstofverbindingen en fosforverbindingen

• De zandgronden kunnen weinig voedingsstoffen opnemen
• De buffercapaciteit is van nature klein

• De mogelijkheid van de natuur om schadelijke stoffen op te slaan, zonder dat de natuur wordt aangetast

Vermesting

• Mestoverschot: te veel fosfaten en nitraten komen terecht in de bodem, het grondwater en het oppervlaktewater

• Gevolg: eutrofiëring
• Het voedselrijker worden van de bodem
• Hierdoor verdwijnen sommige planten

https:

Leg nu in eigen woorden uit wat vermesting is en wat de gevolgen hiervan zijn

Verzuring

• De bio-industrie draagt ook bij aan de toename van de zuurgraad in het milieu -> verzuring 
• Ammoniak, een gas dat vrijkomt uit mest

Verzuring

• Verzuring merk je pas na een lange tijd

• Plantenwortels en het bodemleven worden aan getast
  
• Zure regen zorgt ervoor dat bossen afsterven en dat gebouwen worden aangetast

Verdroging

• Verdroging: daling van de grondwaterspiegel ten opzihte van het normale niveau

• Door drainage en irrigatie wordt de grondwaterstand lager
• Ook het onttrekken van drinkwater aan de grond en het gebruik van water in de industrie dragen hier aan bij

Vedroging

• Planten die niet goed tegen droogte kunnen zullen verdwijnen

Maak opdracht 6 en 7 in je werkboek

Voordat we verder gaan met het laatste stukje uitleg:

Maak opdracht 6 en 7 in je werkboek

Je hebt hier 8 minuten de tijd voor

Daarna zullen we deze kort bespreken

Lees het stukje ''aanpak'' in je boek. Wat zijn de oplossingen voor deze milieuproblemen?

6. Wat zijn de oplossingen voor deze milieuproblemen?

• Mestoverschot is teruggedrongen door verkleining van de veestapel en door aanpassing in het voer
• Betere regels m.b.t. uitrijden van de mest

• Groei van intensieve veeteeltbedrijven concentreren, waardoor elders ruimte komt voor natuur en recreatie

Opdrachten werkboek

• Hoofdstuk 5, paragraaf 3
• Werkboek bladzijde 40-42
• Opdracht 6 t/m 11
• Samenvatten basisboeknummers

• Dit is ook huiswerk voor de volgende les

Wat heb je vandaag geleerd?