In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Evenredigheden
RE-OE-NE
Slide 1 - Tekstslide
Maaike gaat babysitten. Ze vraagt 5 euro per uur.
tijd (in uren)
0
1
2
6
10
12
bedrag (in euro)
0
5
10
30
50
60
Slide 2 - Tekstslide
Recht, omgekeerd of niet evenredig?
A
Recht evenredig
B
Omgekeerd evenredig
C
Niet evenredig
Slide 3 - Quizvraag
rechte door de oorsprong
Slide 4 - Tekstslide
Recht, omgekeerd of niet evenredig?
A
Recht evenredig
B
Omgekeerd evenredig
C
Niet evenredig
Slide 5 - Quizvraag
Fee gaat deze zomer op vakantie naar Venetië. De afstand tussen Brussel-Venetië is 1200 km. De tabel geeft de reistijd aan in functie van de gemiddelde snelheid.
gemiddelde snelheid (in km/u)
20
40
60
80
100
120
reistijd (in uur)
60
30
20
15
12
10
Slide 6 - Tekstslide
Recht, omgekeerd of niet evenredig?
A
Recht evenredig
B
Omgekeerd evenredig
C
Niet evenredig
Slide 7 - Quizvraag
hyperbooltak
Slide 8 - Tekstslide
Recht, omgekeerd of niet evenredig?
A
Recht evenredig
B
Omgekeerd evenredig
C
Niet evenredig
Slide 9 - Quizvraag
De leerlingen van het zesde jaar reizen per bus naar Italië.
aantal leerlingen
40
45
50
55
reistijd (in uur)
16
16
16
16
Slide 10 - Tekstslide
Recht, omgekeerd of niet evenredig?
A
Recht evenredig
B
Omgekeerd evenredig
C
Niet evenredig
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Recht, omgekeerd of niet evenredig?
A
Recht evenredig
B
Omgekeerd evenredig
C
Niet evenredig
Slide 13 - Quizvraag
Trainen voor een voetbalmatch en de doelpunten die je kan scoren in de volgende wedstrijd
A
recht evenredig (RE)
B
omgekeerd evenredig (OE)
C
niet evenredig (NE)
Slide 14 - Quizvraag
De hoeveelheid voeder nodig om kippen te voeren en het aantal kippen
A
recht evenredig (RE)
B
omgekeerd evenredig (OE)
C
niet evenredig (NE)
Slide 15 - Quizvraag
Aantal kinderen in de auto en de tijd die nodig is om naar school te geraken.
A
recht evenredig (RE)
B
omgekeerd evenredig (OE)
C
niet evenredig (NE)
Slide 16 - Quizvraag
Het aantal werklieden en de tijd die ze nodig hebben om een werk uit te voeren.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 17 - Quizvraag
De afmetingen op een stadsplan en de afmetingen in werkelijkheid
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 18 - Quizvraag
De lengte van een persoon en de schoenmaat van die persoon.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 19 - Quizvraag
Het brandstofverbruik van een auto en het aantal km dat afgelegd wordt met een volle tank.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 20 - Quizvraag
Het aantal kg aardappelen die men koopt en het te betalen bedrag
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 21 - Quizvraag
De prijs van 1 L benzine en het aantal liter dat je voor 35 euro tankt.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 22 - Quizvraag
De straal van een cirkel en de oppervlakte van een cirkel
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 23 - Quizvraag
De oppervlakte van een muur en de hoeveelheid verf die nodig is om een muur te beschilderen.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 24 - Quizvraag
De tijd die je besteedt voor je toets wiskunde en het aantal punten op 10.