In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Koolstofchemie
karakteristieke groepen 1
halogeengroep, alcoholen, carbonzuren, aminen
Slide 1 - Tekstslide
Wat moet op de open plekken worden ingevuld?
Dit molecuul is een:
De karakteristieke groep -OH heeft in deze situatie voorrang in de telling want het wordt als een achtervoegel achter de hoofdketen gezet.
Stamlengte is :
De tellingslocaties zijn:
2 en 2
3
1 en 1
methylgroep
hydroxylgroep
alkanol
4
Slide 2 - Sleepvraag
Geef de juiste prioriteit aan:
PRIORITEIT
alcoholen
halogeenverbindingen
aminen
carbonzuren
Slide 3 - Sleepvraag
In welke tabel kan je de prioriteitsvolgorde vinden van de karakteristieke groepen.
A
25A
B
40A
C
66C
D
66D
Slide 4 - Quizvraag
Welke karakteristieke groep
is hiernaast afgebeeld?
A
halogeengroep
B
alcoholen
C
carbonzuren
D
aminen
Slide 5 - Quizvraag
Welk stamdeel moet je
kiezen met de volgende
structuurformule?
A
propaan
B
butaan
C
octaan
D
nonaan
Slide 6 - Quizvraag
Waar hoort de volgende formule bij?
CnH2n+1OH
A
halogeengroep
B
alcoholen
C
carbonzuren
D
aminen
Slide 7 - Quizvraag
Welke vervoeging krijgt de -NH2 groep als voorvoegsel?
A
-ol
B
-hydroxyl
C
-amino
D
-amine
Slide 8 - Quizvraag
Welke vervoeging krijgt de -OH groep als voorvoegsel?
A
-ol
B
-hydroxyl
C
-amino
D
-amine
Slide 9 - Quizvraag
Welk alkyldeel moet je
vervoegen met de
volgende structuur-
formule?
A
monoethyl
B
diethyl
C
triethyl
D
dimethyl
Slide 10 - Quizvraag
In welke tabel kan je de Griekse telwoorden (numerieke voorvoegsels) vinden.
A
25A
B
40A
C
66C
D
66D
Slide 11 - Quizvraag
Welke karakteristieke groep
is hiernaast afgebeeld?
A
halogeengroep
B
alcoholen
C
carbonzuren
D
aminen
Slide 12 - Quizvraag
Welke karakteristieke groep van de volgende
4 mogelijkheden heeft de laagste prioriteit?
A
halogeengroep
B
alcoholen
C
carbonzuren
D
aminen
Slide 13 - Quizvraag
Geef de naam van de volgende structuurformule:
(let op notatie)
Slide 14 - Open vraag
Geef de naam van de volgende structuurformule:
(let op notatie)
- Links --> rechts geeft voor de 2 hydroxylgroepen 1,2
- Rechts --> links geeft voor de 2 hydroxylgroepen 1,2
- Leesrichting is in deze situatie in beide leesrichtingen hetzelfde en mag je zelf een keuze maken.
- Indien de enige belangrijke groep -OH is dan vervoeg je deze als een achtervoegsel en geef je deze de laagste tellingslocatie mee. Ook als je met een alkeen te maken hebt.
- Het telwoord is -di want er zijn 2 hydrolxylgroepen te herkennen. Je mag ze niet opstellen tot O2H2.
Antwoord: ethaan-1,2-diol
Slide 15 - Tekstslide
Geef de naam van de volgende structuurformule:
(let op notatie)
Slide 16 - Open vraag
Geef de naam van de volgende structuurformule:
(let op notatie)
- Links --> rechts geeft voor de 2 groepen 3,4
- Rechts --> links geeft voor de 2 groepen 1,2
- Leesrichting wordt bepaald door de carboxylgroep (-COOH) en het koolstofatoom in de carboxylgroep is automatisch locatie 1. Leesrichting is dus rechts --> links. Vervoeging is als achtervoegsel met -zuur.
- De methylgroep vervoeg je altijd als een voorvoegsel.
- Vervoegen gaat altijd via plaatsnr-telwoord-groepnaam
Antwoord: 2-methylbutaanzuur
Slide 17 - Tekstslide
Geef de naam van de volgende structuurformule:
(let op notatie)
Slide 18 - Open vraag
Geef de naam van de volgende structuurformule:
(let op notatie)
- Links --> rechts geeft voor de 2 groepen 2,3
- Rechts --> links geeft voor de 2 groepen 1,2
- Leesrichting wordt bepaald door de carboxylgroep (-COOH) en het koolstofatoom in de carboxylgroep is automatisch locatie 1. Leesrichting is dus rechts --> links. Vervoeging is als achtervoegsel met -zuur.
- De hydroxylgroep vervoeg je nu als een voorvoegsel met -hydroxy (niet hydroxide)
- Vervoegen gaat altijd via plaatsnr-telwoord-groepnaam