Betrouwbaarheid van bronnen

De Middeleeuwen
Betrouwbaarheid van bronnen
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De Middeleeuwen
Betrouwbaarheid van bronnen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je bepalen of een bron betrouwbaar is.

Slide 2 - Tekstslide

Wat herinner je van de vorige les? Gebruik je aantekeningen in je schrift.

Slide 3 - Woordweb

Herhaling
  • Na de val van het West-Romeinse Rijk waren er veel oorlogen en weinig toezicht op de veiligheid van burgers.
  • Reizen was gevaarlijk en de meeste mensen leefden in dorpjes.
  • Grote steden, zoals Rome, waren er nauwelijks (meer)

  • Het Frankische volk kreeg de macht over een groot deel van Europa.
  • De bekendste Frankische koning was Karel de Grote.  
  • In het jaar 800 werd hij zelfs keizer van het Heilige Roomse Rijk

Slide 4 - Tekstslide

Het leenstelsel

  • Karel de Grote kon zijn land niet alleen besturen.
  • Daarom kreeg hij hulp van vazallen: mannen die met hem meevochten, deze moesten zelf hun wapens/ paard betalen --> stuk land in 'leen'. Karel was dan de leenheer

  • Zij mochten dit namens hem besturen: zij werden zijn leenmannen.
  • Het leenstelsel heet ook wel: feodalisme

Slide 5 - Tekstslide

De leenman
De leenheer:
Karel de Grote
Het leen (de grond) dat de leenman 'in leen' krijgt.
De vier plichten van een leenman:
  • Hij moest trouw zweren aan de koning; 
  • Hij moest zijn gebied besturen en er recht-spreken;
  • Hij moest jaarlijks belasting aan de koning betalen; 
  • Als er oorlog was in het Rijk, moest hij met zijn eigen soldaten meevechten in het leger van de koning.
De leenman zweert trouw aan zijn leenheer, Karel de Grote.

Slide 6 - Tekstslide

Betrouwbaarheid van bronnen
Schrijf deze tekst over als titel voor je nieuwe aantekening. Onderstreep de tekst, zodat het duidelijk is dat dit een nieuwe aantekening is.

Slide 7 - Tekstslide

Betrouwbaarheid van bronnen
Bij geschiedenis gebruiken we bronnen om informatie uit te halen. Belangrijk is om je af te vragen: Is de bron betrouwbaar, kun je de informatie uit de bron geloven?

3 vragen die je jezelf kan stellen bij het beoordelen van een bron:
1. Wie is de maker van de bron en wat is de bedoeling van de maker?
2. Wanneer is de bron gemaakt?
3. Hoe komt de maker van de bron aan zijn/ haar informatie?
Schrijf alleen de rode tekst over in je aantekeningen.

Slide 8 - Tekstslide

1. Wie is de maker van de bron en wat is de bedoeling van de maker?

Belangrijkste vraag, moeilijkst om te beantwoorden?

Wie is de maker van de bron en wat is zijn/ haar rol/positie?

Feiten/ meningen? standplaatsgebondenheid? Met welke bedoeling heeft de maker de bron gemaakt? 

Hoe meer feiten een maker gebruikt en hoe neutraler hij/ zij is, hoe betrouwbaarder de bron.
Schrijf alleen de rode tekst over in je aantekeningen.

Slide 9 - Tekstslide

2. Wanneer is de bron gemaakt?
Hoe minder tijd er zit tussen de gebeurtenis en het maken van de bron, hoe betrouwbaarder.
Schrijf alleen de rode tekst over in je aantekeningen.

Slide 10 - Tekstslide

3. Hoe komt de maker aan zijn informatie?

Was hij/ zij bij de gebeurtenis? Of heeft hij zijn informatie van horen zeggen?

Hoe minder tussenstappen er zijn, hoe betrouwbaarder de bron.
Schrijf alleen de rode tekst over in je aantekeningen.

Slide 11 - Tekstslide

Laten we het zelf proberen!

Slide 12 - Tekstslide

Bron 1
Einhard was aan het hof van Karel opgevoed. Later was hij adviseur van Karel en daarna van de zoon van Karel, Lodewijk. Hij was niet tevreden over hoe Lodewijk het rijk bestuurde. Daarom schreef hij het levensverhaal van Karel om te laten zien hoe het wel moest. In de middeleeuwen vonden mensen bescheidenheid een belangrijke eigenschap van een vorst.

Slide 13 - Tekstslide

Einhard schreef het verhaal 25 jaar na de kroning op dit maakt de bron meer/ minder betrouwbaar.
A
Meer
B
Minder

Slide 14 - Quizvraag

Leg je antwoord op de vorige vraag uit.

Slide 15 - Open vraag

Einhard kende Karel persoonlijk. Dit maakt de bron meer/ minder betrouwbaar.
A
Meer
B
Minder

Slide 16 - Quizvraag

Leg je antwoord op de vorige vraag uit.

Slide 17 - Open vraag

Einhard schreef het verhaal om te laten zien hoe goed Karel was als keizer. Dit maakt de bron meer/ minder betrouwbaar.
A
Meer
B
Minder

Slide 18 - Quizvraag

Leg je antwoord op de vorige vraag uit.

Slide 19 - Open vraag

Geef je oordeel: is het verslag van Einhard van de kroning wel betrouwbaar volgens jou? Leg uit!

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Vul de tabel in
Hulpvraag
Antwoord op de hulpvraag
Betrouwbaar?
Wanneer is de bron geschreven?
Ja/ Nee
De bron is in opdracht van Hugo geschreven. De informatie komt van Hugo zelf. 
Ja/ Nee
Ja/ Nee
Neem de tabel over in je schrift en vul hem in.

Slide 22 - Tekstslide

Trek je conclusie: Is bron 2 betrouwbaar als je wil weten waarom Hugo zijn trouw opzegde? Leg uit.

Slide 23 - Open vraag

betrouwbaar?

Slide 24 - Tekstslide

betrouwbaar?

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Betrouwbaar?
Gemaakt door:  Albrecht Durer, 1512

Slide 27 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les geleerd hebt.

Slide 28 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet helemaal snapt na de les.

Slide 29 - Open vraag