1.1 Patronen: Economische wereldkaart

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze week
Vandaag
Hoofdstuk 1: Wereldbeeld
1.1 Economische wereldkaart

Woensdag
Aan de slag met een PO
Onderzoek in je eigen regio

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis
Begrippen pagina 8 van het tekstboek:
BRIC(S)-landen, formele sector, geboortecijfer, handelsbalans, informele sector, ontgroening, sterftecijfer, vergrijzing, welzijn.

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 1.1
  • Je kent een aantal factoren die een verklaring vormen voor de verdeling van de welvaart in de wereld.
  • Je kent de nadelen van het bbp/hoofd als maatstaf om de welvaart te meten.
  • Je weet hoe het wereldbeeld er voor een aantal economische kenmerken uitziet.
  • Je weet welke indicatoren (maatstaven) je kunt gebruiken om landen met elkaar te vergelijken en om de wereld in te delen in groepen van landen.
  • Je begrijpt het verband tussen de verschillende economische patronen op de wereldkaart.
  • Je begrijpt de beperkingen van kenmerken op nationaal niveau voor gebruik op een lager schaalniveau.
  • Je kunt landen die verschillen in ontwikkelingsgraad op een aantal terreinen met elkaar vergelijken.

Slide 4 - Tekstslide

Welvaart en welzijn

Slide 5 - Tekstslide

Welvaart

Welvaart wordt op twee manieren gemeten:
  • Bbp/hoofd, ofwel geproduceerde waarde per jaar per inwoner.
  • Verdeling van de beroepsbevolking. Regel: Hoe meer mensen werkzaam in de formele dienstensector, hoe hoger het ontwikkelingspeil.

Welzijn

Welzijn wordt bepaald aan de hand van de VN-ontwikkelingsindex:
  • Inkomen
  • Analfabetisme
  • Levensverwachting
Maar ook:
  • Toegang tot water en gezondheidszorg
  • Beschikbaarheid van telefoon en computer

Slide 6 - Tekstslide

Welvaart en welzijn

Slide 7 - Tekstslide

#Leerdoel: Je kent de nadelen van het bbp/hoofd als maatstaf om de welvaart te meten.
  1. Dollar is niet overal evenveel waard.
  2. Inkomsten uit informele sector tellen niet mee.
  3. Sociale ongelijkheid niet zichtbaar.
  4. Regionale ongelijkheid niet zichtbaar.

Slide 8 - Tekstslide

Welke vorm van ongelijkheid zien we hier?

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Maak opdracht 3 en opdracht 4 op pagina 6 van het werkboek.

Klaar? Check dan jouw antwoorden bij de docent.

Opdrachten 3 en 4 nagekeken? Geef dan antwoord op onderstaande vragen:
  • Schrijf drie factoren op die een verklaring vormen voor de verdeling van de welvaart in de wereld.
  • Schrijf de vier nadelen op van het bbp/hoofd als manier om de welvaart te meten.
  • Teken een raster van zes blokjes. Dit is de wereld: Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Europa, Afrika, Azië en Oceanië. Geef in tekst of met kleur aan hoe de welvaart en het welzijn in de wereld ongeveer verdeeld is.
  • Leg uit in jouw eigen woorden wat de beperkingen zijn van kenmerken op nationaal niveau voor gebruik op een lager schaalniveau.

Slide 10 - Tekstslide