5V T2 DNA herhaling
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Welk molecuul bevindt zich aan de 3' kant?
A
Fosfaat
B
Desoxyribose
C
Stikstofbase
D
OH
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Tekstslide
Welke van de onderstaande uitspraken is/zijn juist?
A
DNA wordt gelezen van 3' naar 5'
B
Nieuwe nucleotiden binden aan de 3' kant.
C
De leidende streng wordt gemaakt m.b.v. Okazaki fragmenten
D
DNA-polymerase bindt de nieuwe nucleotiden.
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
3' TACTGTCTGGAT 5' coderend
5' ATGACAGACCTA 3' template
Welk RNA wordt op basis hiervan gemaakt?
5' ATGACAGACCTA 3' template
Welk RNA wordt op basis hiervan gemaakt?
A
3' TACTGTCTGGAT 5'
B
5' AUGACAGACCUA 3'
C
5' UACUGUCUGGAU 3'
D
3' UACUGUCUGGAU 5'
Slide 9 - Quizvraag
Welke aminozuren worden aan elkaar gekoppeld op basis van dit stukje DNA? (Je hoeft geen rekening te houden met het startcodon.)
3' TACTGTCTGGAT 5' coderend
5' ATGACAGACCTA 3' template
3' TACTGTCTGGAT 5' coderend
5' ATGACAGACCTA 3' template
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Trisomie 21 kan zijn veroorzaakt door non-disjunctie tijdens meiose I of meiose II.
Nadat een bepaalde spermamoedercel meiose I en II heeft ondergaan is de verdeling van de chromosomen 21 over de vier gevormde spermacellen als volgt:
Wanneer heeft non-disjunctie plaatsgevonden?
Nadat een bepaalde spermamoedercel meiose I en II heeft ondergaan is de verdeling van de chromosomen 21 over de vier gevormde spermacellen als volgt:
Wanneer heeft non-disjunctie plaatsgevonden?
A
Tijdens meiose I
B
Tijdens meiose II
C
Zowel tijdens meiose I als meiose II
