Herhalen uitzetten

Uitzetten
van een Bouwraam
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Uitzetten
van een Bouwraam

Slide 1 - Tekstslide

Wie bepaalt de positie van de rooilijn
A
de opdrachtgever
B
de architect
C
de gemeente
D
de werkgever

Slide 2 - Quizvraag

De gemeente zet altijd de ................ rooilijn uit
A
linker zijgevel
B
achtergevel
C
rechter zijgevel
D
voorgevel

Slide 3 - Quizvraag

Waarom zet je eerst de jalon stokken uit en begin je daarna pas met het maken van het bouwraam?
A
Dit moest van de docent
B
Zo krijg je zicht waar je gebouw komt te staan
C
Zo staat het beschreven in de arbowet
D
geen flauw idee

Slide 4 - Quizvraag

Aan de piketten van het bouwraam schroef ik een bouwplank vast
A
op een willekeurige hoogte.
B
,waarbij de onderzijde gelijk is aan peilhoogte.
C
,waarbij de bovenzijde gelijk is aan peilhoogte.
D
plank schroef ik niet vast..... ik heb genoeg gedaan vandaag.

Slide 5 - Quizvraag

Hoe heet het meetgereedschap dat gebruik maakt van een ontvanger om hoogtes uit te zetten?

Slide 6 - Open vraag

Boven kant bouwraam is Peil.
Dit Peil is
A
Mijn 0 punt in de bouw en is gelijk aan de bovenkant betonvloer
B
Mijn 0 punt in de bouw en is gelijk aan de bovenkant afgewerkte begane grond vloer
C
Het 1 meterpeil
D
Niet geschikt om mee te schieten, dat is namelijk een pijl

Slide 7 - Quizvraag

Als jalon stok 1 en 2 staan, dan is mijn voorgevel uitgezet. Ik wil nu de linker zijgevel uitzetten met een jalon stok en haaks uitzetten op de voorgevel.
Met welk stuk gereedschap is dit dan handig?
A
Winkel haak
B
De 3 4 5 steek
C
jalon richter
D
Pentagon prisma

Slide 8 - Quizvraag

Waarvoor gebruik je een total station?
A
Om hoogtes over te zetten
B
Om te controleren of iets haaks is
C
Om hoeken en afstanden uit te zetten
D
Om de totale maat te bepalen

Slide 9 - Quizvraag

Welke maat zet je als eerste uit op het bouwraam?
A
De maat van de buitengevels oftewel de buitenwerkse maat
B
De breedte maat van de fundering
C
De binnengevels
D
Binnenmuur en buitenmuur en fundering

Slide 10 - Quizvraag

Wat bedoelen we met de aanlegdiepte?
A
Zo diep komt de vloer
B
Dit is de breedte van de fundering
C
Dit is de onderkant van de fundering .
D
Aanlegdiepte is geen begrip in de bouw

Slide 11 - Quizvraag

De mobiele kraan komt jou helpen bij uitgraven. De aanlegdiepte is -950.
Je m.v zit op -150. Hoe diep laat je de kraan uitgraven?
A
-950 mm onder m.v
B
-1100 onder het m.v
C
-800 mm onder het m.v
D
wat is M.V??????

Slide 12 - Quizvraag

Hoever staat het bouwraam uit de bouwput?

Slide 13 - Open vraag

De plank van het bouwraam ...
A
is 100 % te lood
B
ligt 100% horizontaal waterpas
C
zit in elke hoek op een verschillende hoogte vast
D
is altijd een 20 x 100 mm plank ivm het Peil

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een bouwraam en een bouw juk?

Slide 15 - Open vraag

Alle draden zijn gespannen. Ik moet controleren of het gebouw haaks is. Hoe doe ik dat?
A
Met een winkelhaak
B
Dit doe ik nooit, dit laat ik mijn collega's doen
C
Met de duimstok en de 3 4 5 steek
D
Na het controleren van de buitenwerkse maat, meet ik de diagonalen

Slide 16 - Quizvraag

Op het bouwraam teken ik af ???
A
Met potlood of pen.
B
De binnenmuren en de aanlegdiepte
C
De buiten muren inclusief breedte spouw en isolatie.
D
De buiten muren, spouw, binnenmuren en fundering breedte

Slide 17 - Quizvraag

Wat is het 1 mp?

Slide 18 - Open vraag

Voordat ik mijn toets maak, heb ik nog een vraag over??

Slide 19 - Woordweb

Ik ben klaar voor de toets!
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quizvraag