1.3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Nederlands Hoofdstuk: 1.3
1.	Lesopening
2.	Lesdoel
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek en schrift van Nederlands op tafel. Open je boek op blz. 18

2. Lesdoel 

Aan het eind van deze les:

- kun je alle werkwoorden in een zin benoemen. 

- kun je de PV in een zin benoemen middels de tijdproef. 

3. Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.

Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 3 op blz. 18 t/m 19.

Namen lln

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Namen lln

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

Namen lln

Mini-check

Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Noteer de peroonsvorm:
Mike rent naar de supermarkt.

Wat is de persoonsvorm in de zin:
Wij speelden na schooltijd een game.

Wat is de persoonsvorm in de zin:
De fietsen staan in de stalling.

Wie maakt wat?

Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 1 t/m 3 op blz. 18 t/m 19.

De rest doet mee met de instructie. 

4. Instructie

Een werkwoord kan verschillende vormen hebben, bijvoorbeeld de persoonsvorm (pv).

De persoonsvorm is de vorm van het werkwoord die je in de tegenwoordige tijd en in de verleden tijd kunt schrijven.

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Namen lln, jullie maken zelfstandig opdracht 1 t/m 3 op 

blz. 18 t/m 19.

Wie heeft nog extra instructie nodig (intensief)? Namen lln of had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 1, zin 2 t/m 5.

6. Zelfstandig werken

Je maakt nu zelfstandig:

V: les 1.3, blz. 18 t/m 19, opdr. 1 t/m 3 --> Niemand

B: les 1.3, blz. 18 t/m 19, opdr. 1 t/m 3 --> namen lln

I: les 1.3, blz. 18 t/m 19, opdr. 1 t/m 3 --> namen lln 

Ben je klaar?

Dan kijk je de opdrachten na.

Daarna ga je in stilte lezen of een woordzoeker maken. 

7. Evaluatie

Evaluatie lesdoelen --> Quiz mee! 

Het regent de hele dag.
Wat is de persoonvorm?

1. dag
2. regent
3. het
4. hele

De vrachtwagen reed met een snelheid van 100 km per uur.
Wat is de persoonsvorm

1. vrachtwagen
2. reed
3. snelheid
4. uur

Pas de tijdproef toe:
De Nederlands les is leuk.

Noteer de persoonsvorm (PV):
Ik kan de PV vinden in een zin.

Noteer de persoonsvorm:
Alle leerlingen zaten in het lokaal.

Ik kan de persoonsvorm in een gegeven zin vinden.

010

Huiswerk & Toetsen

Huiswerk: 

...dag .. maand

1.3 opdracht 1 t/m 3

Toetsen: 

...

geen

Afsluiting

Ruim je boek en schrift van NE op.

Volgende lesuur: ....................