Schrijf een kort verhaal (150-200 woorden)
. (op volgende slide)Kies één van onderstaande rijtjes en verwerk alle woorden uit dit rijtje in jouw verhaal.
1. Tovenaar – olifant – irritatie – brug – appelboom – deurmat – gevoelig – schaar
2. Tandenstoker – bankbiljet – mysterieus – dierenwinkel – lekke band – experiment – pizza – bel
3. Ballon – heggenschaar – gebocheld – vurige liefde – oma – wrat – toverspreuk – toeter