Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Chapitre 5: het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord
Bron H, chapitre 5
1 / 34
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
34 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Het bijvoeglijk naamwoord
Bron H, chapitre 5
Slide 1 - Tekstslide
Allereerst: wat is een bijvoeglijk naamwoord ook al weer?
A
een woord dat een activiteit aangeeft
B
een woord dat iets zegt over het zelfst nw
C
een woord waar je een lidwoord voor kunt zetten
D
een woord dat bezit aanduidt
Slide 2 - Quizvraag
Prends ton cahier et un stylo
Regarde le tableau, écoute la prof et écris dans ton cahier!
Slide 3 - Tekstslide
En classe: on fait ex 30a & 30 b
Slide 4 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord
(l'adjectif qualificatif)
zegt iets over een zelfstandig naamwoord
Mon frère est
grand
Mijn broer is groot
past zich in het Frans aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort
Slide 5 - Tekstslide
Hoe past het bijv. naamwoord zich aan?
Slide 6 - Tekstslide
1. De vorm van het bijv.nw
Het bij nw past zich dus aan, aan het zelfstandig naamwoord. Hierdoor zijn er 4 vormen:
mannelijk
mannelijk mv
vrouwelijk
vouweijk meervoud
Slide 7 - Tekstslide
Een paar voorbeelden...
Slide 8 - Tekstslide
Het bijvoeglijk nw dat hoort bij een vrouwelijk zelfst nw krijgt een extra ...
A
e
B
s
C
es
D
niets
Slide 9 - Quizvraag
Het bijvoeglijk nw dat hoort bij een mannelijk zelfst nw krijgt dus
A
niets erbij
B
een extra e
C
es erbij
D
s erbij
Slide 10 - Quizvraag
Het bijvoeglijk nw dat hoort bij een mannelijk zelfst nw in meervoud krijgt
A
niets erbij
B
es
C
s
D
e
Slide 11 - Quizvraag
Het bijvoeglijk nw dat hoort bij een vrouwelijk zelfst nw in meervoud krijgt
A
s
B
niets erbij
C
es
D
e
Slide 12 - Quizvraag
Au travail!
Tu vas faire
e
xercice 30d/30e/31 (lees
la grammaire
)
combien de temps?
10 minutes
timer
10:00
Slide 13 - Tekstslide
L'adjectif part 2
Parcours:
1 interrogation
2 corriger
3 explication part 2
4 exercices
Slide 14 - Tekstslide
voca E & F
meilleur
incroyable
quand
souvent
célèbre
les yeux
méchant
beroemd
wanneer
beter
de ogen
vaak
ongelooflijk
gemeen
Slide 15 - Sleepvraag
Le poisson est
A
grande
B
grand
C
grands
D
grandes
Slide 16 - Quizvraag
les lapins sont
A
petit
B
petits
C
petite
D
petites
Slide 17 - Quizvraag
Je porte des lunettes
A
bleues
B
bleu
C
bleus
D
bleue
Slide 18 - Quizvraag
La fille est
A
content
B
contents
C
contente
D
contentes
Slide 19 - Quizvraag
des lunettes
la fille
le garçon
les hamster
noires
grande
méchants
petit
Slide 20 - Sleepvraag
Fais une phrase avec les mots:
de kat - grijs - zijn - grappig
Slide 21 - Open vraag
Fais une phrase avec ces mots:
de hond - zijn(être) - verdrietig
Slide 22 - Open vraag
Prends ton cahier et un stylo
Regarde le tableau, écoute la prof et écris dans ton cahier!
Slide 23 - Tekstslide
l'adjectif part 2
Als het BN eindigt op een e:
Dan krijgt het
geen extra e
bij de vrouwelijke vorm
Slide 24 - Tekstslide
l'adjectif part 2
Als het BN eindigt op een e:
Dan krijgt het
geen extra e
bij de vrouwelijke vorm:
exemple timide: C'est une fille timide
Slide 25 - Tekstslide
l'adjectif part 2
Als het BN eindigt op een s:
Dan krijgt het
geen extra s
bij de mannelijke vorm in het meervoud
Slide 26 - Tekstslide
l'adjectif part 2
Als het BN eindigt op een s:
Dan krijgt het
geen extra s
bij de mannelijke vorm in het meervoud
Exemple gris: les éléphants gris => exercice 31
Slide 27 - Tekstslide
Exercice 31b
1 drôle
2 françaisa
3 intelligente
4 calme
5 triste
6 petite
7 blonde
8 élégante
Slide 28 - Tekstslide
Exercice 31
31 b 31c
1 drôle 1 petits
2 françaisa 2 contentes
3 intelligente 3 mauvais
4 calme 4 rouges
5 triste 5 français
6 petite
7 blonde
8 élégante
Slide 29 - Tekstslide
Exercice 31
31 b 31c 31d
1 drôle 1 petits 1 calme
2 françaisa 2 contentes 2 petite
3 intelligente 3 mauvais 3 bleue
4 calme 4 rouges 4 noirs
5 triste 5 français 5 gris
6 petite
7 blonde
8 élégante
Slide 30 - Tekstslide
Onregelmatige vormen
Sommige BN hebben een aparte vorm voor mannelijk en vrouwelijk:
beau / beaux belle / belles
nouveau / nouveaux nouvelle / nouvelles
vieux / vieux vieille / vieilles
Slide 31 - Tekstslide
www.languagesonline.org.uk
Slide 32 - Link
Je comprends l'adjectif
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 33 - Poll
Au travail!
Tu vas faire
e
xercice 32/33
combien de temps?
10 minutes
Les devoirs:
faire ex 32/33
apprendre voca chapitre 5
timer
10:00
Slide 34 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
8-6-2020 TL1
Mei 2020
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
L'adjectif
Februari 2024
- Les met
48 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Havo2: het bijvoeglijk naamwoord-deel1
December 2021
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
L'adjectif
Oktober 2022
- Les met
24 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
klas 2C - Uitleg : de vorm van het bijvoeglijk naamwoord (1)
Oktober 2020
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
CH2 bijvoeglijk naamwoord
Januari 2023
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
2C - di. 5/10/21
Oktober 2021
- Les met
24 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
les-vrijdag-=22-nov-chap5-3h- bijvoeglijk naamwoord
9 dagen geleden
- Les met
33 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2