Les 5 - Trans-Atlantische slavenhandel deel 3

Thema 4
Het slavernijverleden van Nederland
Trans-Atlantische slavenhandel 3
Les 5
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Thema 4
Het slavernijverleden van Nederland
Trans-Atlantische slavenhandel 3
Les 5

Slide 1 - Tekstslide

Nabespreken
Opdracht 2
1| Eten: meegenomen om de bemanning (en eventueel slaafgemaakten) te voeden voor de reis. 
gereedschap: om het schip te maken als het kapot ging. 
Rest: als ruilmiddel voor slaafgemaakten.

Slide 2 - Tekstslide

Nabespreken
2| a. Omdat het schip goed verzekerd was en dat er dus een flink bedrag uitbetaald zou worden.
 b. Nee, gewone goederen en slaafgemaakten werden door de eigenaar allebei gezien als handelswaar.
c. 444 komen er aan. Vermoedelijk had het schip zo’n 500 slaafgemaakten mee aan het begin van de reis.
 d. 23976 © - 15762 (A) – 500 (D) = 7714 pond winst
e. Een licentie betekend meer afzetgebied en dus meer klanten. Meer klanten betekend meer handel en dus wellicht meer winst dat behaald kan worden.


Slide 3 - Tekstslide

Nabespreken
Opdracht 3
a. 14 januari – 24 maart – iets meer dan twee maanden
b. man: 47% Jonge man: 7.8% Jongen 16% Vrouw 10% Jonge vrouw 8.7% meisje 10%
c. De slavenhandelaren willen ook hun vrouwelijke slaven kwijt en zullen nooit alleem mannen verkopen.
d. Tijdens de reis: ca. 56 / na de reis: ca. 32
e. Anders kost het hem geld, omdat hij de slaaf dan weer mee moet nemen.
f. Werk op de plantage
g. ponden
h. 120.658 pond

Slide 4 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  1. nabespreken opdr.2
  2. Hoofdvraag herhaling
  3. Opdracht 3
  4. Nabespreking
  5. Uitleg: Nederland
  6. Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht
En nu opdracht 3
- Pak de lijst met alle reizen van de Enterprize erbij. (13)
- Bekijk de lijst goed. 
- Beantwoord de vragen
- Werk weer samen!
timer
20:00

Slide 6 - Tekstslide

Nabespreken
Opdracht 3
1| a. 14 reizen waren succesvol
 b. 107.996 pond
 c. 6059 slaven zijn er verkocht
 d. 470 slaafgemaakten zijn onderweg gestorven
 e. ziektes en ondervoeding

2| Dat er in vergelijking met het aantal slaafgemaakten zeer weinig bemanning aan
boord was.


Slide 7 - Tekstslide

Uitleg

Slide 8 - Tekstslide

De Enterprize was Engels. Was het bij ons dan anders?

Slide 9 - Tekstslide

Vanaf 1595 hield de Republiek (Nederland) zich vooral bezig met Indië. 

Slide 10 - Tekstslide

In 1602 werd de VOC opgericht voor de handel in Indië. Onze focus lag in eerste instantie daar. 

Slide 11 - Tekstslide

In 1620's kwam er interesse in het Westen. De WIC werd opgericht om dit te regelen. 

Slide 12 - Tekstslide

Maar in het begin ging het de WIC vooral om kaapvaart richting Spanje en Portugal.

Slide 13 - Tekstslide

Pas toen in 1630 koloniën op de Spanjaarden werden veroverd kreeg men interesse in de handelskant. De plantages werden overgenomen en gerund (met de al aanwezige slaven)

Slide 14 - Tekstslide

In het begin zagen veel Nederlanders die slavernij niet zitten (katholieke wanpraktijken). Maar toen het winstgevend bleek te zijn, werd commentaar snel over boord gezet. 

Slide 15 - Tekstslide

Om de aanvoer te regelen werd fort Elmina veroverd op de Portugezen. 

Slide 16 - Tekstslide

Maar echt lekker ging de WIC nooit lopen. Het ging een paar keer mis en het werd nooit zo winstgevend als de VOC, omdat de belangen anders waren. 

Slide 17 - Tekstslide

Men ging zich richten op plantages in Suriname. 

Slide 18 - Tekstslide

En de slavenmarkten in Curaçao

Slide 19 - Tekstslide

De Enterprize was Engels. Was het bij ons dan anders?

Slide 20 - Tekstslide

Afsluiting
  • Wat heb je vandaag geleerd?
  • Zijn er nog vragen?

Huiswerk
- Lezen stuk 5 (Nederlandse slavenhandel)
-maken opdracht 5 van workshop-boekje 'De totale slavenhandel'

Slide 21 - Tekstslide