Révisions verbe avoir

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord en het werkwoord 'avoir' (hebben)

Slide 2 - Tekstslide

Wat is 'Ik' in het Frans?
A
Tu
B
Je/J'ai
C
On
D
Il

Slide 3 - Quizvraag

Wat is 'Jij' in het Frans?
A
Je/J'
B
Tu
C
On
D
Il

Slide 4 - Quizvraag

Hoe vertaal je 'zij' in het Frans?
A
il
B
on
C
nous
D
elle

Slide 5 - Quizvraag

Hoe vertaal je 'wij' in het Frans?
A
Nous
B
Tu
C
Vous
D
Je

Slide 6 - Quizvraag

Hoe vertaal je 'zij' in het Frans?
A
ils
B
on
C
vous
D
elles

Slide 7 - Quizvraag

Salut, tu (avoir) un chat ?
A
a
B
as
C
ont
D
avez

Slide 8 - Quizvraag

Oui, j'(avoir) un chat.
A
a
B
as
C
avons
D
ai

Slide 9 - Quizvraag

Il (avoir) 4 ans.
A
avons
B
ont
C
a
D
as

Slide 10 - Quizvraag

Nous (avoir) aussi deux chiens.
A
avons
B
avez
C
ont
D
a

Slide 11 - Quizvraag

Ils (avoir) huit et dix ans.
A
a
B
ont
C
as
D
avons

Slide 12 - Quizvraag

Vous (avoir) aussi un chat ou un chien ?
A
avons
B
ai
C
avez
D
as

Slide 13 - Quizvraag

Voor welke soort woorden heb je le, la of l'?
A
Zelfstandige naamwoorden
B
Werkwoorden
C
Voorzetsels
D
Bijvoeglijk naamwoorden

Slide 14 - Quizvraag